Categorie archief: Algemeen

Tekenen

Schrijven doe ik al van kinds af aan. Maar voordat ik had geleerd om letters te schrijven was ik al met een andere hobby begonnen: tekenen. Mijn vader nam van zijn werk computerpapier mee. Grote kettingvellen, de ene kant met een of twee regeltjes onbegrijpelijke cijfertjes en lettertjes en de andere kant helemaal blanco. Het papier was afgedankt na gebruik en pa wist er wel een liefhebber voor. Stapels heb ik volgetekend, met figuurtjes van de Fabeltjeskrant en vooral met mijn lievelingsonderwerp: paarden. Ik tekende eindeloos paarden. Ik heb geen heel vroege tekeningen meer helaas, maar mijn nichtje Jorien stuurde me onlangs een foto van haar poëzie-album waar ik in getekend had. Paarden natuurlijk.

tekening

Op de kleuterleidsters-opleiding en later toen ik op school werkte, tekende ik veel voor kinderen. Ik was gek op bordtekeningen maken, het was natuurlijk nog de tijd van krijtborden.
Ik heb nooit tekenles gehad, dus ben altijd op een bepaald niveau blijven hangen. Soms maakte me dat niet uit, soms vond ik dat erg jammer omdat ik het idee had dat ik meer voldoening uit het tekenen kon halen als ik betere resultaten verkreeg. Het kan frustrerend zijn als je een beeld voor ogen hebt en je een heel eind komt omdat te realiseren, maar dan op het punt blijft steken waarop je niet weet hoe je het moet afmaken om het gewenste resultaat te krijgen.
Met tekenen was het net zo als met de andere dingen die ik graag doe: alles kan ik ‘een beetje’. Ik kan een beetje muziek maken, een beetje schrijven, een beetje handwerken, een beetje zingen en een beetje tekenen. In mijn hoofd zit, vooral met het tekenen en muziek maken, een drang om het heel goed te kunnen. Juist om dan die voldoening eruit te halen die ik zoek.
Ga dan een opleiding volgen, zou je zeggen. Goed punt, maar er zijn blijkbaar altijd andere dingen die voorrang hebben.
Een paar jaar geleden heb ik een tekentablet gekocht, voor aan de laptop. Dat opende al veel nieuwe mogelijkheden. Ik kon eindeloos uitproberen en aanrommelen zonder allemaal (duur) materiaal te verspillen. Maar het was wel moeilijk om de tekenprogramma’s te begrijpen. Er zijn in de beginfase heel wat tranen van frustratie vergoten.

Ik heb een heel leuke schoonzoon. En die weet heel veel van digitale techniek. Bovendien bof ik nog eens extra dat hij een groot geduld aan de dag legt om de niet aflatende stroom vragen van schoonmoe te beantwoorden als ze er weer eens niet uitkomt met het digitale tekengebeuren. Zo kwam ik uiteindelijk toch tot resultaten. Ik was er wel blij mee, ik was wel tevreden. Maar toch was er altijd nog de frustratie dat ik niet op ‘papier’ kreeg wat ik wilde.
Ok, dit was mijn limiet blijkbaar. Daar moest ik het gewoon mee doen.

Toch bleef er een onrust op tekengebied. Ik wou meer, maar wist niet hoe.
Schoonzoon dacht met me mee. En samen kwamen we er achter dat ik het echt een probleem vind dat de techniek van een tekentablet een tussenstap heeft die me beperkt. Ik teken op het tablet en zie het resultaat op mijn laptop. Mijn ogen zijn dus op een ander punt gericht als op de hand die tekent. En blijkbaar is dat voor mij een grote moeilijkheid, ook na veel oefenen. Het liefst wilde ik die tussenstap eruit hebben, ik zou willen tekenen zoals ik dat op een papier deed.
Hij had de oplossing, als ik daar een beetje in zou willen investeren. Als ik een iPad zou kopen en het speciale Apple tekenprogramma Procreate erbij, dan kon ik rechtstreeks tekeningen maken. Daar had ik wel oren naar.
Hij ging enthousiast voor mij op zoek naar de geschikte iPad en toen ik die gekocht had kreeg ik tot mijn verrassing de speciale Apple Pencil via de post toegestuurd. Cadeautje van mijn dochter. Zo lief!
Ik installeerde het programma en ging aan het uitproberen. Nou heeft Apple een ander systeem als de computers en laptops waarmee ik tot nu toe gewerkt had, dus het was (alweer) een eindeloze reeks vragen aan schoonzoon. Ik voelde me echt een enorme zeurkous, maar hij zei dat hij het niet erg vond.
Ik klungelde eerst wat zelf met het tekenprogramma en ging na een poosje tutorials volgen op YouTube. Ook dat ging niet zonder slag of stoot, want heel vaak had ik geen idee waar de tekenaar het over had, als hij snel wisselde van functies en penselen en tekenlagen, en met termen gooide waar ik werkelijk nog nooit van gehoord had. Dus zag ik totaal niet wat hij nou eigenlijk deed.
Nou ben ik een volwassen vrouw die zelfs al oma is, maar ik voel me op zo’n moment een heel klein onwetend kind die niets begrijpt van wat de grote mensen zeggen. En net als bij een kind zitten bij mij de tranen dan erg hoog, door een gevoel van machteloosheid en frustratie.
Maar daar is schoonzoon die me onvermoeibaar antwoordt, uitlegt, tips geeft en dingen voor me uitzoekt, zoals wat de juiste tutorials voor mij zijn.
En ja, eindelijk ga ik dingen begrijpen. Zie ik wat ik moet doen en weet ik dat ik, als ik vastloop, beter helemaal overnieuw kan beginnen dan eindeloos proberen uit te zoeken wat er fout ging en hoe ik het kan herstellen. Zie het maar als papier tot een prop in elkaar frummelen en weggooien en een leeg vel pakken voor een nieuwe poging.
Ik heb inmiddels een groot plezier gekregen in het tekenen op de iPad. En nu al, in die korte tijd dat ik hem heb, betere resultaten verkregen dan ooit. Ik moet het nog steeds zelf doen, het is niet zo dat het programma de dingen voor je tekent.
De tekeningen die ik nu gemaakt heb, zijn meest via tutorials. Op den duur zal ik zoveel geleerd hebben dat ik mijn eigen stijl kan gaan ontwikkelen.
Maar voorlopig ben ik hier ontzettend blij mee en best een beetje trots op!donut

konijn
bos

Met afstand

“Het nieuwe normaal” , zei Rutte van de week. Ik weet niet hoe het bij jullie is maar voor mij went het ten dele al aardig, maar vind ik het aan de andere kant moeilijk.
En dat ligt aan mijn karakter. Ik vind het helemaal prima om afstand te houden van mensen in het algemeen, mensen die ik niet of nauwelijks ken. Ik vermeed in ‘het oude normaal’ al grote groepen, drukte en als het even kon lichamelijk contact met mensen buiten mijn persoonlijke cirkel. Ik kan me bijna niets ergers voorstellen dan in het gedrang te staan, op elkaar gepakt tijdens een concert, voortgeduwd te worden in de massa van een stadse winkelstraat, of veel te dicht op elkaar te zitten/staan in een volle bus. Ik raak in paniek, voel me lichamelijk onwel worden en wil maar één ding: weg!
Dus die anderhalve meter die we nu allemaal aanhouden, daar heb ik totaal geen moeite mee. Geen gezanik meer met duwende mensen in de supermarkt, mensen die niet op zij willen gaan bij het elkaar passeren op de stoep en ook niet meer amicaal aangeraakt worden door mensen van wie ik dat helemaal niet wil.
Over het algemeen houdt iedereen hier zich er goed aan.

poster-afstand

Zojuist was ik met Lenny even lekker naar het honden-losloopbos in het Lauwersmeergebied. Normaal zie ik daar op een doordeweekse dag meestal (letterlijk) geen hond, in het weekend wordt het wat meer bezocht. Maar nu, voor alle thuiswerkers, is het een uitgelezen plek om even in je pauze een wandeling te maken en je hond te laten rennen. Dus vandaag kwamen we wel mensen en honden tegen. De mensen (ik ook dus) gingen netjes aan weerskanten van het pad lopen bij het passeren, dan haalden we de anderhalve meter afstand wel. De honden trokken zich er natuurlijk niks van aan, die hebben hun eigen regels. Meestal gaat het als volgt: even snuffelen, even spelen, en weer verder met de baas mee. Maar bij één hondje bleef Lenny wel erg lang plakken. Mijn doorlopen hielp niet, mijn roepen hielp niet, dus ik moest weer terug.
Mevrouw van het hondje: “Is het een reu?”
Ik, van anderhalve meter afstand: “Ja”.
Mevrouw: “Is hij gecastreerd?”
Ik: “Nee”.
Mevrouw: ”O, dan moet ik even ingrijpen, want mijn hondje is namelijk loops. En tegenwoordig zijn toch alle reuen gecastreerd?”
Pardon?Je gaat er van uit dat alle reutjes gecastreerd zijn, terwijl je je eigen teefje niet heb laten steriliseren en daarom laat je haar lekker vrij en loops rondstruinen in een losloopgebied? Wazig. Maar ik ben beleefd, dus dat zei ik niet hardop.
“Tja,” zei ik wel, “Je kan niet verwachten dat mijn hond nu anderhalve meter afstand houdt”
Ze zag er de humor niet van in. Lenny was helemaal hoteldebotel van verliefdheid dus die liet zich echt niet door mij afleiden. Stiekem gunde ik hem best een pleziertje, maar ik ging hem toch maar ophalen. En mevrouw deed werkelijk geen stap opzij. Mijn arm is geen anderhalve meter, (gelukkig maar, ik ben zelf 1.59 en dat zou best een raar gezicht zijn dan) dus ik moest veel te dicht bij haar komen om Lenny bij z’n halsband te kunnen pakken. Ik knarsetandde inmiddels. Dit was geen social distancing, dit was social lacking van mevrouw. Ik heb ook niet meer gegroet toen ik wegliep, met die arme hunkerende Lenny achterstevoren, aan z’n riem in het losloopgebied. Zodra het kon liet ik hem weer los en zorgde ervoor dat ik ze niet nogmaals tegenkwam.
Deze mevrouw hield ik liever op 1,5 km afstand.

Wat ik wel moeilijk vind, is het niet op bezoek kunnen gaan bij kinderen en kleinkind, ik mis ze verschrikkelijk. Gelukkig is er beeldbellen en hebben we veel contact via what’sapp. Ik heb altijd veel mitsen en maren bij de moderne technologieën maar ik ben er nu toch wel heel erg blij mee.
Gister stond ik bij het fornuis in de pannen te roeren en toen vielen er ineens een paar dikke tranen in de spaghettisaus. Ik vond  zo moeilijk dat ik die lieverds allemaal niet zou zien met  Pasen. We hebben echt niets te klagen, ik weet dat een heleboel mensen het nu veel en veel moeilijker hebben. Die nu erg ziek zijn, of voor altijd iemand moeten missen. Wij hebben persoonlijk geen ellende met het coranavirus. Geen zieken in onze directe omgeving, geen extra kwetsbare mensen. Het enige waar wij mee te maken hebben zijn de maatregelen. Ik ben blij en dankbaar dat wij de eerste maanden van onze lieve kleinzoon van zo heel dichtbij hebben meegemaakt, dat wij hem heel vaak hebben kunnen vasthouden en knuffelen. Als hij in deze tijd geboren zou zijn, had dat allemaal niet gekund.
Als hij mij nu op het scherm ziet met beeldbellen verschijnt er een brede lach en komt er een heel da-da-da verhaal. De band hebben we al op kunnen bouwen.
Maar om hem nu niet even te kunnen vasthouden, is moeilijk. Evenals niet de kinderen een knuffel te kunnen geven, samen een drankje te doen, gezellig samen te eten. Ik mis ze.
En daarom werd er opeens wat extra zout toegevoegd aan de spaghettisaus.
Maar daarna was het ook weer over. Even een traantje laten en klaar weer.
We zouden met elkaar gaan Paasbrunchen. Maar nu gaan we beeldbrunchen en het lijkt me erg leuk. Je wordt vanzelf creatief met ideeën.
Zo zou ik met mijn dochter naar de show van Fred van Leer gaan. Ging niet door natuurlijk. Maar Irene bedacht een heel leuk alternatief: zij ging, met een door mij vastgesteld budget, shoppen voor mij, zonder dat ik enig idee had wat ze voor me zou kiezen. Zo zou ik niet in mijn veilige maar ook wel saaie stijl blijven hangen, maar koos zij eens andere dingen. Out of the box (waarom klinkt: ‘Uit de doos’ zo raar?)
En het was leuk! Gister kwam er een heel pakket, ik had een discrete pas-sessie online en de meeste kleding was leuk, zat lekker en stond goed. Ik ben er blij mee en doe met Pasen een nieuw jurkje aan, ook al zijn we ‘maar’ met z’n tweeën thuis, Bert en ik.
Mijn zus ging met me videobellen, dat was ook leuk. Ik ben eigenlijk een heel slechte beller maar met beeld erbij gaat het veel makkelijker!

Ik heb een paar dagen vrij nu, en dat is best lekker. Maar ik mis ook wel de kinderen van de opvang. Een paar komen hier nog wel en daar hou ik geen anderhalve meter afstand van. Uiteraard is dat uit praktisch oogpunt al onmogelijk, maar hoe wil je een baby of een peuter goed verzorgen zonder dat je hem/haar een knuffel geeft, optilt, een aai over de bol geeft, op schoot neemt?
De ouders en ik houden onderling wel automatisch afstand en ik heb nog nooit zo vaak deurklinken en lichtknopjes gepoetst als deze weken.
Het is een vreemde tijd.
Je gaat even iets bij je schoonzusje brengen, blijft op een afstand staan en strekt je arm zover mogelijk uit , dat doet  zij ook en zo kan ze het aanpakken. Niet even samen een kopje koffie, ook al woon je zo dicht bij elkaar , maar een gesprekje met een tuinpad ertussen.
Als de pakketbezorger hier iets komt afleveren zet hij/zij het pakje een stukje bij mij vandaan op de grond en doet dan weer een aantal stappen terug. En als hij ver genoeg weg is kan ik het pakje pakken. Het heeft wel wat komisch, alsof er een gevaarlijk dier gevoerd wordt ofzo. Ik steek er de gek niet mee, ik vind het serieus knap dat de bezorgers juist in deze tijd zo hard werken terwijl ze met zoveel mensen in aanraking komen.

Zou het ‘oude normaal’ nog terugkomen? Of wordt het ‘nieuwe normaal’ op den duur normaal.
Bezoekjes en een knuffel voor degenen van wie je houdt wil ik wel weer terug.
Beetje afstand houden van anderen wil ik wel prolongeren.
Wat van mij helemaal mag wegblijven zijn De Drie Zoenen. Daar heb ik altijd al een hekel aan gehad en doe er alleen aan mee omdat ik mensen niet in verlegenheid wil brengen door me na één zoen terug te trekken terwijl de ander zich nog naar voren buigt voor een tweede en derde.
Maar ik vind het zo’n rare en onnodige gewoonte. Eén zoen en dan klaar hoor. Die ene zoen vertelt al dat ik diegene extra aardig vind en daar hoeven er niet plichtmatig nog twee achteraan.
Ik vind dit een uitgelezen gelegenheid om, nu de drie zoenen toch al afgeschaft zijn, dit niet opnieuw aan te wennen.
Mee eens?

Laag pitje

Niet veel onderwerpen om over te schrijven nu, voor Daagse Dingen. Iedereen is immers met hetzelfde bezig momenteel. Alles wat gezegd moet worden over het corona-virus is gezegd en helaas ook veel wat helemaal niet gezegd had moeten worden.
Voor wat dat laatste betreft wil ik social media voor mezelf wel gesloten houden. Ben helemaal klaar met alle onnodige sensatie, het nepnieuws en de reacties daarop. Het is allemaal al ernstig genoeg zonder dat we elkaar de stuipen op het lijf jagen met onwaarheden en haatzaaierij.
Ik open facebook nog voor mijn suffe, maar ontspannende, drie-op-een-rij spelletje en om een beetje in contact te blijven met mijn familie en vrienden. Helaas zit er geen categorieën- knop op facebook zodat ik wel alle shit onder ogen krijg die ik niet wil zien. Ik heb geen idee waarom mensen erop kicken om akelige berichten te verzinnen en te verspreiden, maar heb ook geen zin om me daarin te verdiepen.
Wat nuttig is, wil ik via de officiële kanalen halen en voor mij is dat meer dan voldoende. Niet om oogkleppen op te zetten. Maar om normaal te kunnen blijven denken en geen onnodige geestelijke energie te verspillen.
Ik haal ’s ochtends altijd de krant uit de brievenbus en lees de soms de koppen. Heb er al vaker over geschreven dat de overload aan nieuws me geen goed doet. (Hoe dan?)
Vandaag staat er een mooi woord in de krant. Infodemie.
Dat dekt voor mij precies de lading.
De corona-pandemie wordt, als iedereen zich aan de regels houdt, gecontroleerd verspreid om de gevolgen zo beperkt mogelijk te houden. De infodemie helaas niet, die klauwt ongebreideld om zich heen. Gevaarlijk. Doodeng.

Terwijl ik dit typ zitten er ook 2 jongens aan tafel, ze maken het schoolwerk van groep 5 en 7. Ze vragen hulp als ze er niet uitkomen, ik mag weer even juf zijn. Gister verzorgde ik babies en werkte ik met een kleuter over het schoolthema ‘kriebelbeestjes’.
Een aantal kinderen komt hier een poosje niet, hun ouders werken niet in de zogenaamde cruciale beroepen. Alles is anders, het lijkt haast een beetje verstild, ook al heb ik nu uitsluitend dagopvang en genoeg te doen. Mijn werk is niet zo hectisch en indringend als dat van de ouders die in de zorg werken, maar ik ben blij dat ik er voor hen kan zijn, door hun kinderen op te vangen.
Ik ben al jaren lang gewend om thuis te werken natuurlijk, maar toch is dit totaal anders.
Voor mijn werk heb ik een kast vol speelgoed voor alle leeftijden. En van de week zag ik ineens wel de humor in van het constructiemateriaal ‘bunchems’ waar zo graag mee gespeeld wordt.  Want zeg nou zelf:

img_20200324_0947441506627729133539142644.jpg
Ik kijk er nu ineens heel anders tegenaan en dat zal waarschijnlijk nooit meer veranderen.
Nee het corona-virus is niet iets om grappen over te maken. Maar wat mij betreft mag een beetje milde humor wel.

 

Nederlands

Nu ik zoveel schrijf, niet alleen in blogs maar ook op andere manieren, merk ik veel meer op hoe onlogisch de Nederlandse taal is. Vooropgesteld dat ik het echt een leuke taal vind met heel veel mogelijkheden tot creativiteit en sfeertekening, kan ik me over sommige dingen echt verbazen. Hoe zijn bepaalde regels ontstaan?
Ik zoek vandaag, heb gisteren gezocht. Maar als ik vloek heb ik niet gisteren gevlocht. Ik loop en heb gelopen. Ik koop, maar heb niet gekopen.
Het is een vreselijk ingewikkeld systeem met zogenaamde sterke en zwakke werkwoorden wat je maar gewoon uit je hoofd moet leren, want begrijpen kan je het toch niet:
Ik slijp- ik heb geslepen; ik knijp–ik heb geknepen; ik pijp-ik heb gepepen. Of niet.

We eten een kippenei, een eendenei, maar niet een struisvogelsei, dan heet het ineens struisvogelei.
Terwijl dat laatste juist logisch is, want je eet immers het ei van 1 vogel . Je zondagse eitje is niet het product van meerdere kippen. Het zou dus een kipei moeten zijn.
Daarentegen drinken we koemelk, maar dat is juist een mengsel van de melk van vele koeien. Dus dat is weer precies andersom verkeerd.
Als ik een karbonaadje eet, is dat varkensvlees. Klopt niet, het is vlees van 1 varken. Maar we zeggen niet varkenvlees. Dat doen we wel bij rundvlees. Dan mag het ineens wel, de biefstuk is van 1 rund.

Nog even over die melk. We hebben dus koemelk, maar geen geitmelk of schaapmelk.
Wat wel enkelvoud is, is moedermelk. Wat eigenlijk een pleonasme is. Want melk (de plantaardige soorten die we ook melk noemen, maar geen melk zijn buiten beschouwing gelaten) is altijd moedermelk, alleen bestemd voor verschillende soorten babies. Het zou dus eigenlijk mensmelk moeten heten. Of vrouwmelk, want we zeggen ook geen rundmelk. Maar we evenmin hebben we het over ooimelk. Volgen we het nog een beetje?

Dan is er de inconsequentie waar al vaak grappen over gemaakt zijn:
Als olijfolie van olijven gemaakt is, waar is babyolie dan van gemaakt….
In mijn werk heb ook zoiets. Ik ben gastouder en wat ik bied wordt gastouderopvang genoemd. Maar ik vang helemaal geen gastouders op, ik vang kinderen op. En daarom run ik een kinderopvang.
Het ‘van’ en ‘voor’ wordt in het Nederlands lustig door elkaar gebruikt. Kan erg verwarrend zijn.
Ik wil het ook nog even over voorvoegsels hebben.
Boerensoepgroente. Wat moet ik me daarbij voorstellen? De soepgroente die boeren gebruiken? Is dat dan anders dan de soepgroente die mensen die geen boer zijn gebruiken? Zo raar. Naast de boerensoepgroente ligt dan de fijne soepgroente. Het lijkt wel iets uit het feodale tijdperk.
Huisgemaakt. In welk huis? Is het een vertaling van Home-made? Dan moet het thuisgemaakt zijn maar ik denk niet dat een kok thuis de boel staat te koken en dan meeneemt naar het restaurant. Dan moet het dus eigenlijk restaurantgemaakt zijn. Maar dat klinkt blijkbaar niet aantrekkelijk genoeg.
Versgebakken brood. Hoe wou je het anders doen. Oudbakken brood bestaat wel natuurlijk maar dat is niet oudgebakken brood.

Nederlands schijnt voor anderstaligen een moeilijke taal te zijn om te leren. Misschien door het gebrek aan logica.
Vandaag BEN ik, gisteren WAS ik … hoe moet je dat nou weten? Niet verwonderlijk dat een kind rustig zegt: “gister bende ik bij oma geweest”. En geweest is dan ook nog eens het voltooide deelwoord van wezen. Dus “ik was geweest” is sowieso al dubbelop. Waarom moet dat.
Je las ook niet deze blog geleest.

 

vlag

Voor de duvel niet bang!

Het voelt bijzonder: een boekje in ontvangst nemen waar je eigen naam op staat. En dan niet eentje die je helemaal zelf in elkaar geknutseld hebt en via printing -on -demand hebt verkregen, maar een van een echte uitgever met een echte oplage. Het voelt niet alleen als een erkenning, het is het ook. En heb ik die erkenning nodig? Blijkbaar wel, want ik ben echt trots. In Schrijven heb ik verteld over de schrijfwedstrijd ‘Hier, Toen en Nu’ en dat mijn verhaal als een van de tien winnaars uit de bus kwam.
En gisteren was dan de langverwachte uitreiking van de bundel! De titel ‘Voor de duvel niet bang’ vind ik erg goed gekozen, het thema is ‘sagen en legenden’ en daar komt vaak de duivel bij te pas.
Ik was uitgenodigd om met een introducee naar Arnhem te komen op 15 februari om 13.00 u. en dat was alles wat we wisten. Spannend! Natuurlijk was Bert mijn gezelschap en als extraatje ging onze hond Lenny (ik had toestemming gevraagd) ook mee.
We kenden niemand van de genodigden en ook de uitgevers niet, maar het was direct duidelijk waar we moesten wezen, er stond al een groepje mensen te wachten en dat kon eigenlijk niet anders dan ‘onze’ groep zijn. Ik weet niet precies waarom, schrijvers zien er echt niet herkenbaar uit, maar het klopte wel.

Het was verrassend, want we bleken naar de historische kelders van Arnhem te gaan. Ik wist van het bestaan niet af, maar omdat ik van geschiedenis hou kon ik wel erg enthousiast worden over deze locatie. Onder leiding van een gids maakten we eerst een tourtje bovengronds en konden we op verschillende plekken zogenaamde ‘koekoeks’ zien, ingangen naar de kelders. De gids vertelde over de verschillende gebouwen en winkels, waar de kelders onder lagen. Daarna gingen we onder de grond.
Die arme Lenny moest een voor hem doodenge trap af: een metalen met open treden. Maar hij deed het toch maar, kleine dappere kerel. Gelukkig was dat het enige moeilijke voor hem, de rest kon hij gemakkelijk en hij gedroeg zich voorbeeldig.

Op deze site kan je meer over de geschiedenis van de kelders lezen!
Tevoren was ik een beetje ongerust, ik voel me snel opgesloten, zeker als de ruimte smal en donker is. Maar zowel de kelders als de toegangen waren ruim en licht genoeg, zodat ik er echt van kon genieten. De oude stenen, nisjes en richels vond ik erg mooi en het was een sfeervolle plek om er met deze groep schrijvers te zijn.

Aan het eind van de rondleiding was in een grotere kelder de uitreiking van de verhalenbundel. De historische en wat geheimzinnige locatie paste zo goed bij het thema van het boek! Immers had ieder verhaal , dat in het heden speelt, een sage of legende uit de geschiedenis als onderwerp.
Het is een erg mooi en divers boekje geworden en ik ben zo blij dat ik er ook aan mocht bijdragen. Voorin de bundel staat een kaart van Nederland met daarop aangegeven waar de verhalen zich afspelen.

img_20200216_1049475278293603247283119692.jpg
Er zijn bekende en minder bekende legenden gebruikt en die zijn in elk verhaal op een boeiende en originele manier verwerkt.
Ieder schrijver werd even naar voren geroepen en kreeg het boekje persoonlijk uitgereikt. En zoals ik al zei voelt het heel bijzonder om een fysiek boek in je handen te hebben waarbij jouw eigen naam op de kaft staat en waarin je het verhaal wat je zelf bedacht hebt, gedrukt ziet staan.
Ik moest het ook echt even op me laten inwerken, maar voelde me echt heel feestelijk.
Na afloop ging iedereen weer haars- en zijns weegs, net zoals de verhalen kwamen de schrijvers uit heel Nederland.
Bert en Lenny en ik zochten nog even een gezellig cafeetje op, waar we samen proostten, Bert en ik met een speciaalbiertje, Lenny met water, en ik het boekje nog eens doorbladerde en gewoon even genoot van het speciale gevoel.img-20200215-wa00013097674412706189156.jpg
Thuis zou ik de verhalen gaan lezen, benieuwd naar wat al mijn mede-schrijvers hadden bedacht.
Ben je ook nieuwsgierig geworden?
Het boekje is verkrijgbaar via de uitgever: 18.02 publishing en in de (online) boekhandels.

Als de merel zingt

Dat klinkt als de titel van een ‘witte raven pocket’ , geschreven door Leni Saris of Sanne van Havelte. Stapels heb ik er gelezen vroeger, de meeste waren van mijn grote zus. Maar ik haalde ze ook uit de bibliotheek. “Roman voor oudere meisjes” stond er dan ook nog bij. Het ging altijd over liefde natuurlijk. En verder was het erg braaf, tegenwoordig zouden we bij zo’n classificatie, “voor oudere meisjes”,  iets anders verwachten.
Maar ik dwaal af. Direct al, terwijl ik nog niet eens aan mijn verhaal begonnen ben.
De afgelopen dagen zijn grijs, koud, stormachtig en grauw geweest. Weer om alleen naar buiten te gaan als het niet anders kon.
Vandaag lijkt het anders te zijn. Ik heb de gordijnen weliswaar nog dicht, ik hoef vanmorgen niet zo vroeg aan het werk. Maar ik zie het zonlicht er al doorkomen.
En ik hoor zo’n mooi geluid! Een merel zit ergens in de achtertuin te zingen.
Het lied van de merel vind ik misschien wel het mooiste geluid wat er is.

De ijle heldere melodie, die niet na te zingen is en door geen andere vogel zo gezongen wordt, ontroert me altijd en roept een onbestemd verlangen op. Waar ik op dat moment ook mee bezig ben en hoe ik me ook voel, als ik een merel hoor zingen word ik gelukkig.
Herinneringen en associaties komen op. Momenten dat ik me zo gelukkig voel en voelde.

Als kind, in een schoon bed na een zomerdag, de merel zong voordat ik in slaap viel.
Een frisse ochtend van een dag waarop nog van alles kan gebeuren, terwijl de merel zingt in de top van de esdoorn.
In de schemering van de avond, het silhouet van een merel op de nok van het dak, zijn lied klinkt zo prachtig en krachtig uit dat kleine keeltje. Afscheid van de dag.

Er zijn al weer meer vogels te horen, het is bijna voorjaar. De koolmees met zijn simpele lieve liedje, de musjes met hun melodie-loze gekwetter, de houtduif met zijn haast weemoedige gekoer.
Het maakt me allemaal blij. Maar het allermooiste klinkt het als de merel zingt.
Een geluksmoment.

artworks-000329875446-iedrcv-t500x500   (foto: Soundcloud)

Toezegging

Hartelijk dank voor uw email/aanmelding/reactie/verzoek/ gesprek. U krijgt binnen enkele dagen antwoord/reactie/uitleg.

‘Enkele dagen’ is blijkbaar een erg rekbaar begrip want na drie weken is er nog steeds geen antwoord.

Komt dit je bekend voor? Aan de ene kant hoop ik van niet, want dat scheelt een heleboel ergernis en verspilde energie.
Aan de andere kant hoop ik van wel, omdat dat zou betekenen dat ik niet de enige ben. Want dat zou impliceren dat ik best genegeerd kan worden omdat het allemaal niet zo belangrijk is wat ik te melden/te vragen/te bieden heb.

Helaas is voor mij in ieder geval het uitblijven van een reactie geen uitzondering. Het gebeurt veel te vaak dat er toezeggingen worden gedaan die niet nagekomen worden.
Het kan altijd gebeuren dat er iets tussenkomt in de planning. Maar laat dat dan weten!
Is het zo’n moeite om even te laten weten dat een inhoudelijke reactie wat later komt dan gedacht, dat een afspraak door wat voor reden ook niet nagekomen kan worden? Dan weet ik tenminste waar ik aan toe ben en voel ik me niet genegeerd. En doe anders gewoon geen toezegging!
Ik vind het echt zo onfatsoenlijk om iemand niet te laten weten dat iets niet doorgaat, dat iets verlaat is, iets veranderd is.
tenor

Wat wil ik met deze blog bereiken? In ieder geval mijn eigen frustratie van me af  schrijven. Ik heb niet de illusie dat ik hier een (bedrijfs)cultuur mee kan veranderen, hoe graag ik dat ook zou willen.
Maar mocht het zo zijn dat toch iemand die het aangaat dit stukje leest: het kan heus wel anders!
Ik heb namelijk ook maken met een bedrijf waarvan iemand me netjes liet weten dat een reactie een week later zou komen dan gepland, die me sindsdien hoogte houdt van de voortgang en mij op een correcte manier behandelt. Maar het is toch idioot dat zoiets een uitzondering is!
Ik vraag geen moeilijke dingen en ik ben niet de belangrijkste en ik heb het volste begrip als er zaken tussendoor komen die urgenter zijn. Maar ik wil niet genegeerd  of aan het lijntje gehouden worden.
Doe geen toezeggingen die je niet waar kunt of wilt maken. Dat werkt alleen maar averechts.
(gif:Tenor)

Over sfeer en de jaren ’70

Het zijn de kleine dingen die het doen! Mijn generatie kent dat zemelliedje van Saskia en Serge nog wel. Maar dat ene regeltje, daar zit voor mij wel veel waarheid in.
Daar dacht ik vandaag nog weer aan, omdat door iets kleins te veranderen in huis, voor mij de hele sfeer is verbeterd en een bepaald vervelend gevoel (ergernis is misschien een te groot woord, het is meer een associatie) totaal is weggenomen.
Al eerder heb ik geschreven over de herinrichting van ons huis en de verwezenlijking van een grote wens, namelijk een echte vensterbank om in/op te kunnen zitten. ( Make-over ) Daar ben ik nog steeds heel erg blij mee, niet in het minst omdat de foeilelijke oude radiator eindelijk wegging en er een gezellige sfeervolle en comfortabele plek in de achterkamer is gemaakt. Met hout, kussens en een woondeken in warme kleuren.
Toen al was het plan om de vensterbanken aan de voorkant ook te vernieuwen. Alleen konden we maar niet de oplossing realiseren die we bedacht hadden, simpelweg omdat het juiste materiaal niet te vinden was.
Hangt mijn levensgeluk af van een paar vensterbanken? Nee, natuurlijk niet. Maar ik vind het wel heel belangrijk dat ik me prettig en echt blij voel in huis. En dingen uit de jaren ’70 horen daar gewoon niet bij. Daar hangt een bepaalde sfeer omheen die ik niet fijn vind. De kleuren en de materialen spreken me niet aan, ze hebben voor mij zelfs een vervelende uitstraling. Ik was heus niet ongelukkig in de jaren ’70 , maar het was ook niet de tijd die ik het leukst heb gevonden.
En wat toen mode was, zowel in kleding als in woninginrichting, ook niet. Natuurlijk deed ik wel mee, maar ik heb er nu echt niks meer mee.
Ik ben wel heel trots op mijn auto uit 1976, maar dat heeft ook te maken met de zeldzaamheid.
Toen we afgelopen zomer gingen figureren in een filmopname en getransformeerd werden tot een jaren ’70 stel, had ik enorm veel plezier, maar ook de hele tijd het gevoel “o, vreselijk”
jaren 70
Als ik terugdenk aan de jaren ’60, of de jaren’80, dan heb ik dat helemaal niet, dan voel ik een prettige nostalgie, het is puur de sfeer uit de jaren ’70 die me tegenstaat.

Als ik hier in huis de vensterbanken schoonmaakte, of zelfs maar de planten water gaf, dacht ik iedere keer weer: gatverdarrie, die stomme lichtgrijze tegels! Zo dor!

img-20200125-wa00086637577522231097595.jpeg
Eigenlijk hoorde er halve vitrage boven en een hangplant in een macramé houder. Terwijl ik dit opschrijf krijg ik alweer een gevoel van afgrijzen in plaats van een gevoel van weemoed. En nog kan ik er niet precies de vinger op leggen waarom ik juist déze sfeer zo vervelend vind.
Maar vandaag is het geschied: de nare vensterbanken zijn er niet meer! We hebben het juiste materiaal eindelijk gevonden en in goede harmonie samen (ja we kunnen het heus wel hoor, samen klussen!) er passende vensterbanken van gemaakt. Nu ligt er een warme kleur hout en dat maakt de sfeer, ja echt de hele uitstraling, een heel stuk prettiger voor mij.
Zo raar, dat een drietal planken het verschil maken tussen akelig en fijn. Maar zo werkt het blijkbaar als je sfeergevoelig bent.

20200125_155909-collage4125856267444127025.jpg

Ja, dit zal op den duur ook weer gedateerd zijn. Maar ik weet zeker dat ik er nooit met zoveel afschuw naar zal kijken als naar dingen uit de jaren ’70.
Wie me uit kan leggen waarom dan: graag!

Het einde van een tijdperk

De trilogie van trilogieën is afgesloten. Gisteren heb ik de laatste Star Wars-film gezien. Al eerder heb ik geschreven over deze films (Star Wars!).
Het is overdreven om te zeggen dat ze invloed op mijn leven gehad hebben. Maar toen ik gister in de pauze in de bioscoop er even over nadacht, werd ik toch wat weemoedig.
Toen de eerste film van de eerste trilogie uitkwam woonde ik nog ‘thuis’. Was gewoon nog kind van mijn ouders. Nu de laatste film van de laatste trilogie draait ben ik oma. Daartussenin keek ik de tweede trilogie met mijn toen nog kleine zoon.
Star Wars was/is er dus in alle fases van mijn leven bij. Dat is toch wel iets bijzonders vind ik.
Net zoals in het echte leven zijn in de films personages opgegroeid, oud geworden en gestorven.
En daarom was ik haast een beetje aangedaan toen (spoiler voor degenen die deze laatste film nog niet gezien hebben!) op het allerlaatst de gedaantes van Luke en Leia nog even verschenen. Als een laatste groet.
Ja, ik weet ook wel dat het niet echt is. Maar als je zolang van een filmserie gehouden hebt, hebt meegeleefd met de karakters, reikhalzend hebt uitgekeken naar een nieuw deel en je weet dat het nu ècht afgelopen is, dan mag je best een heel klein beetje verdrietig zijn.
Wat dat gevoel er niet beter op maakt, is de wetenschap dat voor deze film de fantastische componist John Williams zijn laatste soundtrack heeft gecomponeerd. Nog een tijdperk afgesloten! Ik gun de man zijn pensioen, hij is inmiddels 86. Maar er komt dus geen nieuwe epische filmmuziek van hem meer.
Jaws, Harry Potter, Indiana Jones, Jurassic Park, Close Encounters of the Third Kind, als je de muziek hoort, weet je direct om welke film het gaat. En dat is nog maar een heel kleine greep uit zijn enorme oeuvre.
Dus tweemaal afscheid.
Als het aan mij ligt, ga ik nog heel vaak zijn muziek luisteren.
En Tim en ik hebben al afgesproken dat we een enorme StarWars marathon gaan houden als de 9e film eenmaal op dvd uit is.
Maar toch voel ik me weemoedig. Star Wars groeide met me mee. Of ik met Star Wars, wie zal het zeggen. Maar de Skywalkers zijn er niet meer.
Ik gelukkig nog wel en ik hoop dat ik nog eens met mijn kleinzoon de films kan bekijken.
En tegen John Williams wil ik zeggen: ” Bedankt voor al uw prachtige muziek.”

Collage Starwars

UKV

Deze blog is echt mijn uitlaatklep(je) voor allerlei, niet met elkaar verband houdende zaken waarover ik wat wil vertellen.
Schrijven is zo leuk en ik voel me er zo goed bij/door.
Degenen die mij nog kennen uit de prehistorie weten dat ik kleuterverhalen geschreven heb die geen uitgever wilde hebben, maar waar ik zelf wel trots op was (en nog steeds ben) zodat ik ze via printing on demand toch uitgegeven heb. (Zelfpromotie: Een jaar met Krieltje)

Maar ik wil meer! Meer leren, meer inspiratie, meer schrijven.
Daarom heb ik een abonnement op Schrijven Magazine, volg de site Schrijven Online en ben lid van het forum daar, ik doe af en toe mee aan schrijfwedstrijden. En ik ben lid van de facebookgroep Ultra Korte Verhalen, oftewel UKV’s.
In maximaal 99 woorden een heel verhaal vertellen is een grote uitdaging. (Dit stukje telt bijvoorbeeld al 137 woorden).
Het komt neer op schrappen, nog meer schrappen en met wat je overhoudt toch een verhaal met inhoud vertellen. Ik vind het heel erg leuk om me daarmee bezig te houden, al heb ik lang niet altijd een goed idee voor een UKV (dat rijmt maar het is ook net Sinterklaas geweest)
Soms hoor ik of lees ik ergens een zin en denk: Dat is de slotzin van mijn nieuwe UKV en dan ga ik er iets bij verzinnen.
Een andere keer zie ik iets of maak ik wat mee, waar ik een UKV van maak. En soms zuig ik alles gewoon uit mijn duim. Het kan grappig zijn, verdrietig, serieus of over de top, alles mag en alles kan! Nou ja, bijna alles, je mag er geen overdenking of betoog van maken, het moet echt een verhaal zijn.
Sinds juni heb ik 17 UKV’s geschreven en in de fb-groep geplaatst. Met enige trots kan ik vertellen dat inmiddels 4x een verhaal van mij op de site Schrijven Online ‘in de schijnwerpers’ is geplaatst.

Ik zal jullie niet belasten met 17 verhalen, maar een paar wil ik hier toch laten lezen. Gewoon omdat ik dat leuk vind. Klinkt arrogant, maar hey, het is mijn eigen blog hier!

Hondenfluisteraar
Cesar zegt dat hij zelf naar binnen moet lopen.”
“Dat zei je al drie keer,” zegt Mark. Hij opent het autoportier voor Saskia en de nieuwe pup.
“We moeten het toch direct goed doen,” verdedigt Saskia zich.
Ze zet het hondje op de oprit. “Kom maar, Millan ”
De pup blijft zitten.
“En wat zegt Cesar daarover?” vraagt Mark geamuseerd.
Saskia kijkt hem onzeker aan. “Eh, dat staat niet in het boek…,”
Ze kijkt naar het hondje. Dan voelt ze wat ze doen moet.
Ze tilt hem op, fluistert iets in zijn oortje en draagt hem naar binnen.


Schone Schijn

Weet je wat het is, Janny?” Trees boog zich naar voren, terwijl ik juist terugdeinsde om de rondsproeiende koekkruimels te ontwijken. Ik wist wat er nu ging komen.
Een tirade over de buren die niet ‘ons soort mensen’ waren.
Trees leek dat mens uit Keeping Up Appearences wel.
More tea, Hyancinth?” flapte ik er uit.
Hè?“ onderbrak Trees verbouwereerd haar verhaal.
Sorry, ik moest ineens aan Hyacinth Bucket denken“, zei ik.
Je moet ‘Boekee’ zeggen”, verbeterde Trees. “Wat een enig mens is dat hè? “
Ja, enig” ,beaamde ik en slikte de rest in met mijn thee.


Techniek
“Hou je er nou al mee op?” vroeg de linkersportschoen toen Emma hem uittrok.
“Van de week was je veel flinker, ” bemoeide de rechterschoen zich er mee.
“Ja, toen heb je een half uur gelopen, 20 minuten geroeid en óók nog krachttraining gedaan”, riep de linker nog, net voordat Emma hem geërgerd in haar tas gooide.
“En weet je nog dat…”. begon de rechter, maar Emma snoerde hem de mond door de rits van de tas dicht te trekken. “Irritant stelletje, ” mompelde ze. “Waardeloze uitvinding, memory-foam in de zool”.

 

Op het forum van Schrijven Online is er wekelijks een schrijfopdracht, je bepaalt zelf of je mee wilt doen. Je krijgt na plaatsing van je verhaal feedback van professionele- en medeschrijvers.
Deze week was de opdracht zelfs een UKV. : Schrijf een kerstverhaal met een strip- of sprookjesfiguur in de hoofdrol, gebruik maximaal 99 woorden.
Dat is nou echt een iets voor mij: Fantasie en UKV samen.

Neverland
Tinkerbell, Tinkerbell, Tinker all the way”, joelden de Lost Boys.
“Schei nou eens uit, ieder jaar datzelfde flauwe geintje.” Het elfje keek zo chagrijnig als een krokodil. “Oehhhh!”riepen de jongens, om haar frustratie nog wat te verhogen.
“Boys!” Klonk er vermanend vanuit de lucht. “Vrede op aarde, weet je wel?”
Peter Pan dook naar de grond.
“Bedankt”, zei Tinkerbell nuffig. “Altijd dat kinderachtige gedoe! Word eens volwassen zeg!”
Peter Pan werd groen. “Nooit!” riep hij, terwijl hij zich van de grond afzette en wegvloog.
Ze hoorden hem nog zingen voor het geluid wegstierf : Tinkerbell, Tinkerbell, Tinker all………

peter pan

 

Ik wens iedereen alvast heel mooie en fijne feestdagen! En natuurlijk ontzettend bedankt voor het zo trouw lezen van mijn blogs, daar ben ik echt heel blij mee. XXX

 

(foto: Pixabay)