Maandelijks archief: juni 2020

Damsel in distress

Ik hou van de zaterdagochtend. Ik hou van mijn hond. Ik hou van wandelen. Ik hou van de omgeving waar ik woon. Laten deze 4 voorliefdes nu uitstekend te combineren zijn!

Het was heerlijk weer. Bert had andere prioriteiten, dus ik zei: “Ik ga lekker wandelen met Lenny hoor! Ik loop naar Wehe en dan via de Borg weer terug.
“Het kan een beetje gaan regenen”, zei Bert.
“Maakt niet uit, lekker fris na alle warmte. Daar krijgen Lenny en ik niks van”
Het was echt lekker om te lopen. Langs de weiden, onder het tunneltje door en dan langs het lange fietspad naar Wehe den Hoorn. Daar de provinciale weg oversteken en via landgoed Verhildersum weer terug naar huis. Een wandelingetje van 3 kwartier.
We waren nog niet zo lang van huis toen het wat begon te spetteren. Maar het was zo weinig dat we zo’n beetje tussen de druppels door konden lopen.
Ik hield de windrichting in de gaten en zag dat de lucht die eraan kwam licht was. Heerlijk.
In de zon liepen we naar Wehe en zowel Lenny als ik hadden het prima naar de zin.
Voordat we op het landgoed kwamen, liepen we eerst door een ministukje bos. Jeetje het was echt dicht begroeid zeg, want wat was het donker daar.
Maar eenmaal op het Ede Staal-pad bleek het niet veel lichter te zijn. In no-time was er een enorm dreigende lucht verschenen waar ik niet blij van werd. Ik hoorde gerommel in de verte.

dreigend

Nou ben ik best een flinke meid, maar ik ben al mijn hele leven bang van onweer. Het is te groots voor mij, een overweldigend natuurverschijnsel. En Lenny vindt onweer ook vreselijk. De honden die we vroeger hadden gaven er niks om, dus het is niet zo dat ik mijn angst op hem overbreng.
“Kom Lenny”, zei ik ongerust en we begonnen te draven. Ook al is de sportschool al maanden dicht, mijn conditie is nog aardig op peil gelukkig.
Het pad waar we langs moesten is open, en Verhildersum ligt hoog ten opzichte van de rest van de omgeving. Ik zag de bliksem flitsen en werd erg bang. We moesten ook nog een hoge brug over, die hebben we werkelijk in recordtijd genomen, Lenny en ik.
Toen kwamen we bij een bomenrij en begon het te stortregenen. Ik moest even uitpuffen van al het geren. Ondanks het dichte bladerdak was ik in een paar tellen nat tot op mijn huid en was mijn mooie hond veranderd in een armzalig nat wezentje met grote bange ogen.
De donder rolde en Lenny probeerde zo’n beetje in mijn broekzak te kruipen.
We waren nog lang niet thuis en wat moest ik nou doen, wat was wijsheid? Was het verstandig om te schuilen onder een boom of juist niet? Hoe zat het nou ook al weer met blikseminslag, ik wist het echt niet meer. Tranen prikten in mijn ogen en mijn heerlijke wandeling was veranderd in een nachtmerrie. Ik wou alleen nog maar naar huis!
We bleven doorlopen en ik probeerde alleen daar aan te denken. Aan de grens van het landgoed was het nog een klein stukje langs de wei naar de Wierde, als we die afliepen kwamen we bij onze eigen straat.
Een wierde is wat ze in Friesland een terp noemen, dus een hooggelegen stuk land. Ik durfde er eigenlijk niet op. Maar ik durfde ook niet te blijven staan. Ik raakte in paniek.
En juist op dat moment kwam er redding, de prins op het witte paard. Of in dit geval in een zwarte auto. Onze auto. Want het was mijn eigen prins. Hij was ongerust over ons, in het plotselinge noodweer. En hij weet hoe bang ik ben voor onweer en was ons gaan zoeken. Hoe vreselijk lief is dat. Ik rende naar de auto en vloog Bert om de nek, terwijl ik op de stoel plofte Alles, inclusief Bert, natuurlijk nat, maar dat maakte niemand wat uit. Lenny rolde zich direct op aan mijn voeten, ik kon zijn opluchting voelen.
Het was maar een klein eindje rijden naar huis, maar wat was ik ongelooflijk blij dat ik in de auto zat, met deze stortregen en het onweer.
Veilig thuis, de natte kleren afgestroopt, droge kleren aan en stiekem nog even nasnikken. Maar nu van opluchting.
Beneden stond er een kop koffie voor me klaar en ik heb me zelden zo beschermd en verzorgd gevoeld.
Overdreven? Voor een ander misschien wel. Maar voor mij was het feit dat Bert me was gaan zoeken iets om ongelooflijk blij mee te zijn en dat gevoel blijf ik lekker koesteren.

(Foto: Harrie Muis, werkaandemuur.nl )

Popcorn

 

Vanmorgen maakte de radiowekker me wakker met muziek van Jean- Michel Jarre.
Oxygene, part 4. Synthesizer muziek! Direct was ik terug in de tijd want mijn broer had de lp en draaide ‘m grijs . Ik hield er wel van.

Ik lag met m’n ogen dicht een beetje mee te neuriën en ineens viel het me op dat de melodie dezelfde was als die van het nummer Popcorn van Hot Butter waar ik vroeger mijn zakgeld nog eens aan uitgegeven heb. Alleen waren de klanken van Oxygene veel vloeiender dan de elektronische plopjes van Popcorn.
Maar ik was nieuwsgierig of het klopte wat ik net ontdekt meende te hebben. Dus toen de grote kinderen naar school waren en de kleinste even lekker een slaapje deed ging ik het uitzoeken.

Tot mijn plezier, want ik vind dat soort dingen leuk om te ontdekken, bleek het te kloppen en ik leerde nog veel meer.
“Popcorn” was al veel ouder, een nummer van ene meneer Gershon Kinsgley, uitgebracht in 1969. In Engeland was het toen al een hit, getuige dit filmpje van Top of the Pops

 

Als je dit beluistert hoor je dat het veel dichter in de buurt komt bij de stijl van Jean-Michel Jarre dan de latere hippe uitvoeringen van Hot Butter en de velen na hen.
Het was duidelijk nieuwe muziek, het publiek danst wat ongemakkelijk hierop en ik denk dat als ze het nu zelf terug zien, dat ze zich tranen lachen. Ik wel in ieder geval.

Toen Popcorn in 1972 hier een hit werd door Hot Butter was het nog niet veel beter. De dansers doen een leuke poging maar het heeft een hoog pinguïn- gehalte.

 

Oxygene van Jean Michel- Jarre kwam in 1976 uit. En wat lees ik tijdens mijn speurtocht op internet: Part 4 is een variatie op het motief uit Popcorn van Gershon Kingsley.
Yes. Altijd leuk om gelijk te hebben.

 

Popcorn is nog heel veel keer gecoverd. Wat mij betreft geen noemenswaardige uitvoeringen, met uitzondering van deze, die ik jullie niet wil onthouden:

 

Zo. Spelende Vrouw, wat hebben we nu geleerd? Och, niet zoveel maar ik vond het zelf heel leuk om even uit te zoeken. En wie weet is er een lezer die denkt: Nou fijn, nu weet ik het ook.
Dan ga ik nu maar eens even het hele album Oxygene beluisteren. Uit nostalgie. En ook omdat ik het gewoon heel mooie muziek vind.
O, toch niet. Kleintje wordt wakker hoor ik.  Vanavond dan maar, misschien wel weer met mijn ogen dicht.

Honds en kattig

Ik ben gek op huisdieren en ik kan me niet voorstellen dat ik geen dieren om me heen zou hebben. Om van te houden en voor te zorgen. En heel veel liefde terug te krijgen.
Er zijn veel mensen die er ook zo over denken en dat is fijn. Verreweg de meesten houden zich ook aan de sociale regels die het houden van huisdieren met zich mee brengt. Maar sommigen niet en dat geeft me zoveel ergernis! Nou heb ik niet de illusie dat de betreffende mensen mijn blog zullen lezen maar ik moet gewoon eventjes mijn frustratie kwijt.

 
Lekker aan de wandel, met twee kleintjes in de wagen en mijn aangelijnde hond naast me.

wp-15916075883841442259931855512001.jpg

We lopen langs de weilanden en akkers en het is met Lenny niet vertrouwd om hem daar los te laten, het jachtinstinct is te sterk en geen enkele boer zit erop te wachten dat mijn hond over zijn velden ragt. Dus blijft hij aan de lijn. Ik kom andere wandelaars met honden tegen, meesten kunnen wel los, maar hun eigenaars houden ze even netjes bij zich als we elkaar passeren. Fijn, zo hoort het ook. Maar dan is er toch ook iemand die dat niet nodig vindt. Hond komt in sluiphouding op ons af. Ik pak Lenny ietsje steviger vast en laat hem in de berm lopen. Man laat zijn hond z’n gang gaan. Ik roep: “Hou ‘m even bij ons vandaan alsjeblieft.”
Reactie: “Hij doet niks hoor”. En ooooo daar krijg je me zo kwaad mee! Dus omdat ie ‘niks doet’ mag hij zich opdringen aan mijn hond die daar niet van gediend is. En mij laten manouvreren met een duo-wagen met kindjes erin en een hond die ik in bedwang moet houden. Lenny is aangelijnd, dus die voelt zich, terecht, in het nadeel van de andere hond en ik moet streng tegen hem zijn, zodat hij niet laat zien dat hij best wel mans, dan wel honds is. De andere hond blijft zich opdringen, ik duw ‘m weg en roep “hou je hond bij je” en het enige wat de man doet is een onverschillige blik op mij werpen en doorlopen.
Ik kook! Dit is zo asociaal. Mijn hond “doet ook niks” . Maar daarom mag hij niet alles wat hem maar in z’n kop komt! En zeker niet ongevraagd mensen en/of andere honden benaderen.
Door zo’n kerel kan ik me voorstellen dat andere mensen een hekel aan honden hebben. Omdat de baas een onverschillige lul is, die vindt dat hij en zijn hond zich niet aan normale regels hoeven te houden, zodat ze zich beiden asociaal gedragen.

 

Een tweede punt wat ik echt heel erg vervelend vind, is dat een aantal mensen vindt dat katten alles maar moeten mogen. Ik vind katten leuk. Maar niet als ze poepen in mijn zandbak of op het grasveld en ook niet als ze mijn konijnen en kippen bedreigen en proberen in hun verblijven te komen. Het is mijn tuin en ik ben er niet van gediend dat daar huisdieren van een ander ongevraagd in komen en de boel verstoren en zelfs gevaar opleveren. Als ik mijn hond in z’n eentje los zou laten lopen en die ging bij iedereen in de tuin zitten kakken en konijnen verschrikken en kippen opjagen, dan zou het dorp te klein zijn. Maar katten moeten dat wel mogen vinden een aantal eigenaren. En ook dat vind ik asociaal.

Het is wel jammer dat je als eigenaar en liefhebber van huisdieren zo tegenover elkaar moet staan. Maar huisdieren zijn je eigendom en je moet zowel goed voor ze zijn, als zorgen dat anderen geen last van ze hebben.
Het zijn de bazen die zorgen voor het asociale aspect. En daar baal ik zo van