Categorie archief: Gastouder

Alles wat met mijn werk te maken heeft

Nu het tijd is

Jullie
met je blije ogen
je babylachjes
je wisselbekkies
je vlashaar, je krullen
jullie maakten me blij

Jullie
met je mooie uitspraken
je kinderhumor
je boze buien
je vraag om troost
jullie waren mijn dag

Jullie
met je lieve dutjes
je plagerijen
je fantasiespel
je knuffels
Jullie gaven me veel

Jullie
met je slappe lach
je eetlust, je rages
je verhalen
je vertrouwen
jullie hielden me jong

Jullie waren bij mij
Ik was er voor jullie
jullie hebben mijn leven verrijkt
Jullie gaven me liefde
en ik gaf de mijne

Dag, alle lieverds
de groten, de kleinen,
allemaal een plek in mijn hart
Ik ga jullie missen nu het tijd is
om een nieuwe weg op te gaan

Zoveel beleefd en gedeeld met jullie
zoveel jaren lief en leed
jaren met jullie om nooit te vergeten
Dank jullie wel,
voor toen en voor nu 

Prietpraat (11)

Toch weer tien nieuwe Prietpraatjes verzameld!
Dus hier is aflevering 11:

Ik heb hier een 5-jarige filosoof:
“Waarom is 100 eigenlijk veel? Het is alleen maar een 1 en twee nullen!”
Ik ben hem het antwoord schuldig gebleven…..

Twee jongens van 5 en 6 jaar spelen samen.
De een zegt: “We doen een slaapfeestje!”
“Hè nee hoor”, zegt de ander. “Ik wil gewoon een wakkerfeestje

Er komt een kleuter huilend aanlopen. Ik vraag wat er gebeurd is.
“Ik heb een schaaf! Ik struikelde over de stoeprempel”

Mijn werk is nog wel eens een gespreksonderwerp. Ik begin er niet over hoor, dat doen ze zelf. Ze hebben er alleen niet zo’n hoge pet van op.

Kleuter tegen mij: “Jij hoeft niks meer tegen Pietje te zeggen hoor! Ik heb hem al waargeschuwd”

Kleuter: “Het komt wel goed uit zeg, dat jij een oppas bent. Jij bent toch altijd thuis”

Jongen van 7: “Jij hebt echt de meest simpele baan die er bestaat. Je hoeft alleen maar voor kinderen te zorgen en het zijn niet eens je eigen kinderen”

Ok dan. (mompelt iets over een eigen bedrijf opgebouwd hebben….)

Eten is ook belangrijk

De twee jongens van 5 en 6 jaar zijn aan het bouwen.
“We maken een Pizzeria!” zegt de een enthousiast. “Waarom niet een patatteria?”vraagt de ander verongelijkt.

“Was het leuk gister?”, vraag ik na het weekend aan een kleuter
Ja! Wij aten Barbie Kieuwen!” *

Ik geef de kinderen wat Pommbär-tjes, gezellig op een vakantiedag.
“Lekker, berechipjes!” zegt een kleuter
Ikke ook berepisjes!” roept de peuter

De kinderen spelen politieagentje. Er worden zware straffen bedacht.
“Ik ga even donuts voor ons halen!” roept de 5-jarige. “Maar niet voor de boeven! Die krijgen alleen groente!”

*kom je er nou niet uit: “Barbecuen”

Prietpraat (10)

Jubileum! De 10e Prietpraat. Het heeft even geduurd voordat ik genoeg bij elkaar gesprokkeld had, maar hier zijn weer 10 nieuwe.

Alle uitspraken zijn gedaan door kinderen van 4, 5 en 6 jaar oud . Voor het gemak heten ze deze keer allemaal Kind. En bij een samenspraak Kind 1 en Kind 2.

Kind 1: “Wij gaan morgen naar oma”
Kind 2: “O, naar oma Hakmes?” (oma heet Agnes)

Kind bij binnenkomst: “Pff vandaag alweer de hele dag coronavirus. Het duurt wel lang hoor”

Ziekenhuisje spelen. Kind: “Wij moeten alle patiënten repareren”

Kind: “Mag ik ook een keer naar Bert z’n school?”
Ik: “?
Kind: “Die rode school toch!
(Bert werkt in Roodeschool)

Kind 1: “Mag ik ook meedoen?”
Kind 2: “Nee , meisjes kunnen niet meedoen, want wij zijn mandieten”

Kind 1:”Ik ben de koning!”
Kind 2: “Hoe heet je dan?
Kind 1: “Koning Krijk”

Kind zwaait met de toverstok: “Hokus Pokus Piraten Pas”!

Kind 1: “Zullen we buiten spelen?”
Kind 2: “Nee, ik ben meer een binnenmens”

Ik zing met een dreumes “Klap eens in de handjes, blij blij blij, op je blote bolletje allebei”
Kind: “Het is boze bolletje”
Ik: “Maar hij is toch helemaal niet boos”
Kind: “Daar kan ik wel voor zorgen hoor”

Kind: “Ik weet een heel vies woord!”
Ik: “O jee. Ok, je mag het één keer zeggen”
Kind: “Modder”

foto: Pixabay

Aardig

Vanmorgen ging ik de was strijken en vouwen. Ik kreeg ‘hulp’ van mijn opvangkindje van 15 maanden.
Als ik op een avond het strijkwerk had gedaan, was ik 4 x zo snel klaar geweest en had ik geen toverkunsten hoeven uithalen met het snoer van het strijkijzer. Maar dit was veel gezelliger.
En kindje was zo trots! Alle sokken die ik uit de mand had gezocht en op een stoel had gelegd om ze, als het strijkwerk klaar was, per paar te vouwen, deed hij één voor één weer in de mand.

img_20200512_1002470363859024072599058996.jpg

Met zo’n concentratie en zorgvuldigheid dat ik het hart niet had om te zeggen dat hij er af moest blijven, sterker nog, ik gaf hem een groot compliment. En zijn stralende koppie was toen weer een beloning voor mij.

Het is vaak helemaal niet zo moeilijk om aardig te zijn, zelfs als dat betekent dat je iets anders doet dan je voor jezelf gepland had. Als je een ander daarmee een goed gevoel geeft, dan word je daar zelf toch ook weer heel blij van?

Mijn oude vader stond een keer even na te denken in welke volgorde hij winkels zou bezoeken.
Tot zijn verrassing werd hij aangetikt door een meisje dat heel vriendelijk zei: “Kom maar meneer, ik zal u wel even helpen oversteken”. Ze hield hem stevig bij de arm en loodste hem door het drukke verkeer naar de overkant. “Dank je wel hoor, heel aardig van je”, zei mijn vader. “Graag gedaan hoor!” zei ze. Toen ze uit het zicht was stak mijn vader nogmaals over, weer terug naar zijn oude plek. Hij moest helemaal niet naar de overkant. “Maar”, vertelde hij, “dat kon ik toch niet tegen haar zeggen? Ze was zo lief! “

Mijn dochter Irene stond een keer met haar babyzoon in de draagzak onder de overkapping van de pui van de Hema , het regende pijpenstelen. Het zou nog 25 minuten duren voor de bus kwam, tijd genoeg om nog een broodje te kopen en even wat etalages te bekijken. Bij de broodjes stond een andere mevrouw die vroeg: “Waar moet u heen?” “Naar de bushalte, maar…”begon Irene maar ze kreeg de kans niet om haar zin af te maken. “Ik breng u en uw baby even naar de halte, komt maar onder de paraplu” . En daar gingen ze. Irene had zelf een paraplu in haar tas en wilde helemaal nog niet naar de halte maar ze vond het zo lief aangeboden dat ze braaf mee liep met mevrouw en haar vriendelijk bedankte. En pas weer terugging toen mevrouw in een andere bus was gestapt en weggereden.
Het was immers zo aardig geweest!

Het is leuk als mensen aardig tegen je zijn. Het geeft een fijn gevoel als ze je willen helpen, gewoon omdat ze dat sociaal vinden.
Je kan natuurlijk afwerend reageren en vertellen dat je het zelf allemaal wel kan. Maar is dat altijd ook echt nodig? Is het altijd erg dat je eigen plannen in de war raken? Welnee. Sociaal zijn is ook belangrijk! En dan kan je later je eigen plan wel weer oppakken. Met een blij gevoel ook nog eens.
Pa weer terug naar de overkant, Irene weer terug naar de Hema en ik?
Kindje ligt op bed en ik vouw rustig de sokken.

Prietpraat (9)

Het duurde even voordat ik genoeg gespaard had voor een nieuwe aflevering van Prietpraat, maar hier issie dan!

Aan de speeltafel roept F. (5 jr) verbaasd enthousiast:
“Moet je nou kijken! Ik heb zomaar hetzelfde plaatje gemaakt als op de doos!”
Ze maakte een legpuzzel

Efteling Kids Radio staat aan, het sprookje van Assepoester wordt verteld
H.(4 jr) “O, dat is het verhaaltje van Tandenpoetser!”

We hebben een uitnodiging gekregen om met ons hele gezin een hightea te doen, maar omdat mijn dochter hoogzwanger is, gaat dat na de geboorte van ons kleinkind pas gebeuren.
L (9 jr): “Gaat jullie kleinzoontje Cava heten?”
Ik: “????”
L. wijst op de uitnodiging die op de koelkast hangt:
“Daar staat: Ontvangst met Cava”

 

H. (3 jr) “Annies?
Ik: “Ja?”
H.: “Vind jij mijn mama ook zo mooi?”
Daar smelt je toch van, uiteraard vond ik zijn mama prachtig

 

D. (5 jr) speelt politieagent. Hij zet zijn handen als een megafoon voor zijn mond en roept:
“Potentie, potentie! Mag ik even jullie aandacht! ”

 

H.(4 jr): “Ik ben een heel makkelijk kind”

 

De vader van schoolgenootjes is dominee en is beroepen in een andere plaats.
R.(9 jr) : “Jantje en Pietje en Marietje gaan van school af”
Ik: “O ja?”
R: “Ja, ze gaan verhuizen omdat hun vader dichter bij de kerk wil wonen of zoiets”

 

H.(4 jr) “Snottebellen zijn gelukkig groen, want groen is mijn lievelingskleur.

 

H: (4 jr) “Ik was eerst een peuter en toen ging ik naar de peuterspeelzaal. Maar nu ben ik een baas want ik ga naar de bazenschool”

 

D.(5 jr) staat al een hele poos onbeweeglijk, terwijl hij “AnnemariaKoekoek” staat te roepen.
Ik: “Wat ben je eigenlijk aan het doen?”
D.: “Ik speel in mijn eentje AnnemariaKoekoek, maar steeds als ik beweeg dan zie ik dat”

 

H: ( 4 jr):  “Dit is echt de lekkerste appel van de hele wereld”
Ik: “Waarom dan?”
H.: “Hij smaakt naar appelsap”

 

img_20200421_1759315343048036999378283122.jpg

Laag pitje

Niet veel onderwerpen om over te schrijven nu, voor Daagse Dingen. Iedereen is immers met hetzelfde bezig momenteel. Alles wat gezegd moet worden over het corona-virus is gezegd en helaas ook veel wat helemaal niet gezegd had moeten worden.
Voor wat dat laatste betreft wil ik social media voor mezelf wel gesloten houden. Ben helemaal klaar met alle onnodige sensatie, het nepnieuws en de reacties daarop. Het is allemaal al ernstig genoeg zonder dat we elkaar de stuipen op het lijf jagen met onwaarheden en haatzaaierij.
Ik open facebook nog voor mijn suffe, maar ontspannende, drie-op-een-rij spelletje en om een beetje in contact te blijven met mijn familie en vrienden. Helaas zit er geen categorieën- knop op facebook zodat ik wel alle shit onder ogen krijg die ik niet wil zien. Ik heb geen idee waarom mensen erop kicken om akelige berichten te verzinnen en te verspreiden, maar heb ook geen zin om me daarin te verdiepen.
Wat nuttig is, wil ik via de officiële kanalen halen en voor mij is dat meer dan voldoende. Niet om oogkleppen op te zetten. Maar om normaal te kunnen blijven denken en geen onnodige geestelijke energie te verspillen.
Ik haal ’s ochtends altijd de krant uit de brievenbus en lees de soms de koppen. Heb er al vaker over geschreven dat de overload aan nieuws me geen goed doet. (Hoe dan?)
Vandaag staat er een mooi woord in de krant. Infodemie.
Dat dekt voor mij precies de lading.
De corona-pandemie wordt, als iedereen zich aan de regels houdt, gecontroleerd verspreid om de gevolgen zo beperkt mogelijk te houden. De infodemie helaas niet, die klauwt ongebreideld om zich heen. Gevaarlijk. Doodeng.

Terwijl ik dit typ zitten er ook 2 jongens aan tafel, ze maken het schoolwerk van groep 5 en 7. Ze vragen hulp als ze er niet uitkomen, ik mag weer even juf zijn. Gister verzorgde ik babies en werkte ik met een kleuter over het schoolthema ‘kriebelbeestjes’.
Een aantal kinderen komt hier een poosje niet, hun ouders werken niet in de zogenaamde cruciale beroepen. Alles is anders, het lijkt haast een beetje verstild, ook al heb ik nu uitsluitend dagopvang en genoeg te doen. Mijn werk is niet zo hectisch en indringend als dat van de ouders die in de zorg werken, maar ik ben blij dat ik er voor hen kan zijn, door hun kinderen op te vangen.
Ik ben al jaren lang gewend om thuis te werken natuurlijk, maar toch is dit totaal anders.
Voor mijn werk heb ik een kast vol speelgoed voor alle leeftijden. En van de week zag ik ineens wel de humor in van het constructiemateriaal ‘bunchems’ waar zo graag mee gespeeld wordt.  Want zeg nou zelf:

img_20200324_0947441506627729133539142644.jpg
Ik kijk er nu ineens heel anders tegenaan en dat zal waarschijnlijk nooit meer veranderen.
Nee het corona-virus is niet iets om grappen over te maken. Maar wat mij betreft mag een beetje milde humor wel.

 

Kleine cadeautjes

Al vaak heb ik over mijn werk als gastouder geschreven. Het is een zeer afwisselende baan. In de 14 jaar dat ik dit nu doe heb ik 35 kinderen verwelkomd bij Kind aan Huis. Momenteel heb ik er 13 in de opvang. De jongste is 4 maanden , de oudste 11 jaar.
Er zijn heerlijke dagen bij, er zijn lastige dagen bij, maar over het algemeen geniet ik echt van mijn werk.  En behalve blogjes heeft het ook al 8 afleveringen van Prietpraat opgeleverd.

Vanmorgen zei een jongetje zomaar iets liefs tegen me. En toen bedacht ik dat ik nog geen blogje heb geschreven over de complimentjes die ik krijg.
Want die krijg ik en dat doet me altijd zo goed. Een blijk vanuit de kinderen zelf dat ze het naar hun zin hebben hier en zich vertrouwd voelen bij mij.
Het zijn kleine cadeautjes en ik word er èrg blij van.

“Jouw haar luikt zo jekker ” (3 jarige)

“Je bent een oma, maar je lijkt op een mama” (4 jarige)

“Mag ik nog wat langer bij je blijven spelen?”(8 jarige)

“Ik vind dat je er heel mooi uitziet” ( Met kerst, 9 jarige)

“Mijn knie doet niet meer zeer, jij hebt toverkusjes ”( 5 jarige)

“Jij bakt de lekkerste eitjes van de hele wereld” ( 8 jarige)

“Jeetje wat kan jij mooi tekenen” ( 9 jarige)

“Jij bent mijn beste vriend” (3 jarige)

“Ik ga straks naar mijn vriendje maar ik kom eerst bij jou theedrinken
want dat vind ik zo gezellig” ( 11 jarige)

“Ik wou wel bij jou eten en slapen, mag ik een keer logeren?” (7 jarige)

(fluisterend:)
“Als de anderen weg zijn, mag ik dan even bij jou op schoot?”( 6 jarige)

En behalve mondelinge complimentjes krijg ik ze soms ook fysiek. Iets speciaal voor mij gemaakt.
Een jongetje is lang bezig met een vierkant van strijkkralen en zegt: “Die is voor jou om je koffiebeker op te zetten”.
Een jongen maakt op school appelmoes en maakt er een lief cadeautje van voor mij.
Een meisje maakt in een werkboek een opdracht en ze denkt aan mij. (voor de duidelijkheid: wat ze getekend heeft is een flesje parfum)
Een jongetje heeft zowel voor mij als voor Bert een hart gevouwen.
Een meisje maakt een lieve tekening voor mij op het krijtbord.

Van zulke dingen word ik zo blij en vaak ook een beetje ontroerd.
Het zijn de kleine dingen die het doen.

 

 

Mooi werk

Een gewone donderdag, een gewone werkdag. Het is na schooltijd, de thee is op en de zes kinderen die hier vanmiddag zijn, gaan hun eigen ding doen. Eerder op de dag waren er nog twee kleintjes. Broertjes, de een is 3 jaar, de ander 8 maanden. Ze zijn inmiddels opgehaald, nu zijn er dus alleen schoolkinderen.
Als we met z’n allen rond de tafel zitten voor thee en een koekje ( lekker ouderwets, maar zo gezellig!) vraag ik wat ieders plannen zijn. Twee jongens, broers van 8 en 10, hebben afgesproken met vriendjes om buiten te spelen. De andere vier blijven hier. De oudste van 11 installeert zich op de bank met zijn spelcomputer en koptelefoon, hij heeft ook afgesproken met vrienden maar dan online. De jongste van 5 wil graag met de strijkkralen en de twee meiden van allebei 9 gaan zelf een filmpje opnemen op de telefoon die een van hen meegenomen heeft.

Er schallen voortdurend lachsalvo’s door de kamer, de dames komen niet meer bij om hun eigen grappen. Dat meidengegiechel doet me denken aan dat van mijn dochter en haar vriendinnen vroeger, en nog verder terug in de tijd aan mezelf met mijn vriendinnetje.
En ineens bedenk ik dat dit een van de redenen is waarom ik mijn werk zo leuk vind.
Al die heerlijke fases van de kindertijd, ik ben erbij. Telkens op nieuw. Ik werd zelf volwassen, mijn eigen kinderen werden volwassen, maar omdat ik gastouder ben,
beleef ik keer op keer die mooie dingen weer.
Mijn jongste hier in de opvang is nog geen 4 maanden oud. Ik zie de lachjes, het ontdekken van de handjes, luister naar de lieve brabbeltjes. Geniet van zijn zachte bolletje tegen mijn schouder als hij in slaap valt na het drinken.
De volgende is nu 7 maanden. Als ik hem uit bedje ga halen, is hij zelfstandig op zijn buikje gedraaid en kijkt me met een brede lach aan. Ik zet hem in de kinderstoel en ik geniet als ik hem z’n eerste stukjes brood geef en zijn neusje rimpelt van plezier, omdat hij het zo lekker vindt.
Dan is er een van 11 maanden, volgende maand viert hij zijn eerste verjaardag! Hij kan zelfstandig gaan zitten, speelt geconcentreerd met speelgoed en eet al warm eten mee aan tafel.
Mijn peuter van 3, die me de oren van het hoofd kletst, alle tractor-merken uit het hoofd weet, dol is op nieuwe liedjes leren en als enige hier eerst de korstjes van zijn broodje eet omdat hij die het lekkerst vindt. De kleuter die net 4 is en voor het eerst naar school is gegaan deze maand, die altijd wel een fantasievriendje of -huisdier heeft en daar hele verhalen over heeft te vertellen. En die zo zorgzaam is voor haar babybroertje.
De kleuter van 5, die alle kennis over letters en cijfers indrinkt, die de mooiste dingen maakt van de strijkkralen, maar die ook enorm hard kan rennen en superlenig is. De andere kleuter van bijna 5, die zo dol is op paarden, op boekjes lezen en helpen in huis. Ook zij is heel zorgzaam voor haar kleine broertje. Mijn jongetje die juist vandaag 6 is geworden en me zo aan mijn eigen zoontje van vroeger doet denken. Zijn hoofd zit vol sterren en planeten, dino’s en andere wetenswaardigheden. Zijn stralende ogen als hij weer iets nieuws ontdekt heeft, zijn onweerstaanbare grijns als ik een woordgrapje maak.
Mijn stoere jongen van 8, die zo goed is in voetballen, maar die ook zomaar de deur voor me openhoudt als ik er met de kinderwagen door moet. Die altijd goedgehumeurd en stabiel lijkt, met genoeg zelfvertrouwen om zich helemaal niks aan te trekken van wat een ander op school zegt.
Mijn twee meiden van 9, die zulke goede vriendinnen zijn. De éen is een kwebbelkont, de ander wat rustiger, maar allebei altijd gezellig. Ik zie dat ze belangstelling krijgen voor kleding, muziek, trends. Ze fluisteren over geheimpjes, krijgen de slappe lach over niks.
Mijn jongen van 10, die iedere week weer een stukje gegroeid lijkt te zijn, hij scheelt nog maar 5 cm met mij. En niet alleen fysiek, ik heb hem in de loop van de jaren zo zien groeien, van een onzekere, soms wat angstige jongen, tot eentje die stevig in zijn schoenen begint te staan en zijn eigen plan trekt.
En tenslotte mijn jongen van 11. Nog een paar maanden zal hij hier komen, daarna gaat hij naar de middelbare school. Altijd relaxed en op z’n gemakje hier, volkomen zichzelf. Druk met online game-afspraken, maar ook buiten met vrienden “Area 51”spelen. Ik vraag natuurlijk niet naar de geheime missies maar als hij dan weer met schitterende ogen thuis komt zie ik wel dat het spel mooi en spannend was.
Al die fases van het kinderleven, ik ben er bij. Ik heb zo van mijn eigen jeugd genoten, ik heb zo van de jeugd van mijn kinderen genoten. Ik kan enorm weemoedig worden als ik daaraan denk, omdat het allemaal voorbij ging. En met het werk wat ik nu doe blijf ik voortdurend betrokken bij die fases, de ontwikkeling van baby tot puber. Ik zie al die mooie dingen keer op keer en ik word daar gelukkig van. Daarom hoop ik dat ik dit werk nog lang kan blijven doen.
Het is soms heel druk, het is soms een heel gepuzzel, het kost soms een heleboel energie. Maar al die dingen wegen niet op tegen het plezier, de voldoening en soms zelfs het geluksgevoel.
Ik ben nu 58. Maar voor mij niet de vraag: Hoe lang moet ik nog werken? Nee, het is: Hoe lang kan ik nog werken?

 

Prietpraat (8)

Tien nieuwe prietpraatjes,  ik blijf er van genieten.

Het heeft geregend en Pim (3jr) staat voor het raam:
“Hé, Buiten is onder de douche geweest!”

Simon (5jr) ; “Ik ben een keer met de trein geweest
Ik:  “Wat leuk, waarheen?”
Simon:  “Naar een ander treinstation” 

Pim blijft eten en ik vraag: “Wat vind jij lekker?”
Pim:  “Gapsketti

Lars (8jr) :  “Ik had me zeer gedaan, want ik strokel” 

Dylan (4 jr)  tegen mama: ” Waarom neemt Annelies Bert mee op vakantie?”
Mama:  “Dat is toch gezellig, ik neem jou toch ook mee op vakantie?”
Dylan:  “Ja maar Bert is al groot, die kan al alleen thuis blijven”

Pim:  “De deur voor de poep is nog dicht”  (=WC-deksel)

Leroy (5 jr): “Ik heb een spel op de PlayStation en dan ben ik de goederik”

Dylan:  ” Ik kan heel goed rijmen, hoor maar.   Bami……… Kroepoek!!!”

Pim:  “Annelies?”
Ik: “Ja?”
Pim:  “Ik vind jouw voeten zo mooi, ze lijken op een Lamborghini 

De postbode bezorgd een pakketje van Bol.com,  nieuwe boeken
Dylan: “Waar zijn die voor?”
Ik: “Die nemen we volgende week mee op vakantie”
Dylan: “Waarom?” 
Maurits (10 jr) : “Dat is iets wat oude mensen doen”

En daar kon ik het weer mee doen.

bami_v2513678015797302003.jpg

(foto:  lekkererecepten.nl )

Handwerkles

Men weet inmiddels vast wel dat ik van handwerken hou. Dat is niet altijd zo geweest, jaren geleden heb ik er nog eens een blog over geschreven: Zus en zo
Daar eindig ik met dat ik inmiddels heel veel gebreid heb. Maar de laatste jaren heb ik ook heel veel gehaakt. Ik heb al minstens 10 dekens gehaakt (heerlijk die grote projecten) en ook een heleboel klein spul. Knuffels, popjes, pannenlappen, armbanden, sleutelhangers, cactussen (of is het cacteeën) ,decoratie-dingetjes…., met haken kan je heerlijk je eigen creativiteit gebruiken.
De kinderen die hier in de opvang komen krijgen natuurlijk ook wel het een en ander mee van mijn hobby. Er staat altijd wel een mand met garen, er ligt werk in de vensterbank te slingeren en als ze aan het spelen zijn neem ik het er ook wel eens bij.
Vanmiddag pakte ik de twee dekens, die ik voor ons toekomstige kleinzoontje gehaakt heb, om ze in de wasmachine te doen, ze waren nu helemaal klaar.
“Zo mooi hè,” zei Fleur, die gezellig aan tafel zat. “Ik wil dat ook wel kunnen”.
“Ik ook wel”, zei Vera. Ze keken elkaar aan. “Wil je ons leren haken?” vroegen ze. Ik dacht even na. Ik heb niet zoveel haaknaalden en eigenlijk heb ik ze zelf allemaal nodig. Ik heb daarentegen wel een belachelijke hoeveelheid breinaalden, dus ik vroeg: “Willen jullie niet liever leren breien?”
“Ja!” riepen ze enthousiast. Ik pakte naalden en vroeg welke kleur wol ze wilden.
Ik heb namelijk een heerlijke voorraad garens boven, in zowat elk denkbare kleur.
Mijn schatkisten.
Fleur koos blauw en Vera roze .
“Mag ik ook?” klonk er ineens vanuit de huiskamer. Maurits zat daar te spelen op zijn Switch, maar hij legde hem gauw weg. Hij wilde ook leren breien, geweldig. Hij koos grijze wol.
Ik zette voor hen alledrie 20 steken op en deed langzaam voor hoe te breien. Insteken, omslaan, doorhalen, af laten glijden. In-Om-Door-Af. Geconcentreerd gingen ze aan de slag. Ik kwam handen te kort en mijn voeten waren niet snel genoeg om om de tafel heen te rennen van de een naar de ander, de hulpkreten waren niet van de lucht. Maar wat hadden we een lol met elkaar. Ik dacht terug aan mijn eigen brei-lessen. Ik had helemaal geen lol gehad. Ik wilde het ook niet leren, maar ik moest. En geen juf die er rekening mee hield dat ik linkshandig ben en dat ze het me rechtshandig aanleerden. ‘Stel je niet zo aan, je zult leren breien!’
Hier geen tranen van frustratie, alleen maar dikke pret als er iets raars gebeurde. De steken leken een eigen leven te leiden, ze gingen zelfstandig van de naald af, of weigerden juist om zich te verplaatsen. De breinaalden van de kinderen voelden op den duur hopeloos vertrouwd aan: kleverig en stroef, met steken die zo strak zaten dat er geen beweging in te krijgen was, of juist veel te grote lussen zodat ze met drie,vier tegelijk erafvielen en wegrafelden. Maar de kinderen waren alledrie zo vastbesloten om door te zetten! Fleur was de eerste die doorhad hoe het nou werkelijk moest.
Die hoefde ik niet meer te helpen, ze breide uiteindelijk zo zelf een toer uit. Dat wilden de andere twee ook natuurlijk, maar het systeem zat er nog niet zo in. Ik bleef geduldig uitleggen en toen nog eens op een andere manier…. en ineens kreeg Maurits het ook door.

Maar de arme jongen zat zo verkrampt te turen, dat ik zei dat hij even pauze moest nemen. Vera had er nog steeds geen kaas van gegeten, maar ze lachte zich tranen om de vergelijkingen die ik maakte met haar werk.
Fleur breide vlijtig door en verheugde zich al om dit aan oma te vertellen en te laten zien.
Toen ik haar met een gevallen steek hielp, telde ik inmiddels 30 steken op haar naald in plaats van de de 20 die ik opgezet had en ik had stiekem plezier omdat ik mezelf van vroeger terug zag. Ik hielp Maurits weer op gang en rende vervolgens weer naar Vera, het was topsport.
De kinderen breiden door tot hun moeders ze kwamen halen en ze waren alledrie apetrots op hun werk, geweldig.
Ik plofte op een stoel , hèhè. Het leven van een handwerkjuf viel nog niet mee, hoe leuk het ook was!
Ik kreeg een appje van Irene. Eén van de twee babydekens maakt zij ook, we zijn tegelijk begonnen, bij wijze van privé- Cal ( Cal= Crochet along) . Ze stuurde een foto dat ze bezig was de draadjes af te hechten, maar haar kat Puck zat er bovenop, dus dat ging niet handig.
Ik appte terug: ‘Prik haar even zachtjes…’ Prompt kreeg ik deze foto terug met het onderschrift: ‘Dit vindt ze van jouw opmerking’:img-20190507-wa0009~23442283069318356967..jpg

De blik……

Zo zou ik vroeger gekeken hebben als iemand tegen me had gezegd dat ik handwerken leuk zou gaan vinden.
Maar ik ben trots op mijn kinders. Goed resultaat voor de eerste poging, nietwaar!

img_20190507_1715282849185478127327595247.jpg

Fleur en Maurits wilden hun werk mee naar huis, vol plannen om thuis verder te breien en sjaaltjes en dekentjes voor hun knuffels te maken.
Vera liet het bij mij liggen, voor de volgende workshop, zoals ze zelf met een big smile zei.
Ik wist niet goed hoe ik dit verhaal moest eindigen. Maar Bert zei: “Brei er gewoon een eind aan”. Dus bij deze.