Categorie archief: Algemeen

“geloof ik weleens ergens”

Met de kans dat je afhaakt, omdat dit je muziekstijl niet is, wil ik je toch dit nummer niet onthouden.
Ik zal niet zeggen dat ik dagelijks dit soort nummers draai, maar ik heb wel een zwak voor Bob Fosko. Hij maakt een hoop herrie, maar ik vind hem zo sympathiek. Niet dat ik hem ooit ontmoet heb, maar zo komt hij over op mij. Of hij nou lawaai maakt bij de Raggende Manne, of de stem inspreekt van het lieveheersbeestje in de film “een Luizenleven” of hier bij dit nummer van het Universumpje het refrein staat te schreeuwen, hij heeft iets ironisch en daardoor humoristisch, wat me erg aanspreekt.
De tekst van onderstaand lied vind ik geweldig. Het geeft precies weer hoe het gaat: we denken allemaal overal wat van af te weten. We kijken niet of het wel onderbouwd is, het staat op internet ( “t heb op facebook gestaan”) en we blaten het na.
We? Liever ‘men’ dan maar, want ik heb toch de indruk dat zowel jullie, mijn lezers, als ikzelf wel ietsje genuanceerder omgaan met kennis en feiten.
Zeg me alsjeblieft als het niet zo is (dat is volgens mij weer een ander liedje)

Ze zeggen dat het allemaal al eens gedaan is
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat ze niet weten waar het heen gaat
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat je slaap niet in kunt halen
Dat heb ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat je op den duur immuun wordt
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat gelukkig zijn een keuze is
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat je goed moet articulwuh
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat ze er niet op vastgepind willen worden
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen

Ze zeggen dat ze maar wat zeggen maar dat zeggen ze maar

Dat heb ik weleens ergens gelezen
Dat heb ik weleens ergens gelezen
Dat heb ik geloof ik weleens ergens gelezen
Dat heb ik weleens aaah

https://www.youtube.com/watch?v=xFQD3B95gWQ

Met dank aan TheAphexTim, die me attendeerde op dit nummer nadat we een gesprek over dit onderwerp hadden

Ik begrijp er niks van

Er zijn een hoop TV- programma’s waar ik niet naar kijk omdat ze me niet interesseren. Meest is dat Reality-tv. Ik wil hiermee niemand veroordelen, het is gewoon mijn ding niet. Net zoals ik niet naar voetbalwedstrijden kijk. Een ander haalt z’n schouders op over Midsomer Murders of Per Seconde Wijzer, waar ik graag naar kijk.
Maar er zijn ook programma’s waar ik echt helemaal niets van snap. Ik begrijp niet hoe iemand het kan bedenken, maar al helemaal niet waarom mensen er aan meedoen!
Temptation Island bijvoorbeeld, waarom zou je als koppel daaraan meedoen en verdriet hebben omdat je partner de verleiding niet kan weerstaan? Of zelf de fout ingaan waar heel Nederland getuige van is en ook op hoopt blijkbaar?
Het loopt al wat seizoenen, het voldoet dus toch aan een behoefte.
Toch intrigeert het gegeven me op een bepaalde manier. Als ik in mijn omgeving kijk: familie, vrienden, kennissen, bekenden, dan kan ik me niet voorstellen dat ook maar iemand zich voor dit programma op zou geven. In welke omgeving dan wel, vraag ik me af. Ben ik wereldvreemd als ik me niet kan indenken dat  zulke mensen dus blijkbaar wel echt bestaan?
Vanmorgen had ik een rustig momentje en keek met een kopje koffie even naar TLC. Dat is van tijd tot tijd een ontspannend behangetje. Maar er zijn ook programma’s die me mateloos irriteren en dan zap ik weg. Zo ook vanmorgen en ik kwam 2 zenders verder op MTV terecht. Daar was bijna het programma ‘Just Tattoo of Us’ afgelopen. Ik zat met open mond van verbazing te kijken en zocht naderhand op internet informatie over wat ik nou toch eigenlijk gezien had. Dit kon toch niet echt bestaan? Jawel, het bestaat echt. Twee mensen die ofwel bevriend zijn ofwel een relatie hebben, ontwerpen een tatoeage voor elkaar, die de ander niet mag zien. Het is om elkaar een hak te zetten of een lolletje uit te halen.
Wraak of een grapje dus.  Met een tatoeage. Waar je de rest van je leven mee rondloopt. Echt waar??? Echt waar. Het is internationaal blijkbaar een groot succes, er is een VS versie, een Britse versie en ook een Benelux versie. Van de laatste zag ik dus vanmorgen een staartje.
Het was een stelletje, jongen en meisje, van wie de tatoeages onthuld werden.
Allebei stikzenuwachtig, ten eerste om wat ze zelf te zien zouden krijgen, ten tweede om de reactie van hun partner, om wat ze de ander aangedaan hadden. Ineens hadden ze zorgen over of ze elkaar misschien pijn gedaan hadden. Lekker op tijd mensen!
De twee presentatoren ( het leken wel twee karikaturen, zo nep vanwege de botoxlippen maar ook dat is een kwestie van smaak) kermden en jammerden, want die wisten al wat er onthuld ging worden. Het was een grote rare poppenkast.
De jongen bleek op zijn bovenbeen een grote tatoeage van een luiaard met een schortje en een stofzuiger te hebben. Om het niveau nog verder te verlagen vroeg de presentatrice aan het meisje naar “het verhaal erachter”. De jongen keek ongemakkelijk en zei dat hij de tatoeage op zich mooi gedaan vond.
Toen was het meisje aan de beurt. Op haar heup stond een wc-pot met het woord Zeikerd eronder.
Ze begon te huilen, terwijl de jongen wat onzeker lachte. “Hoe kan je dat nou doen?” snikte het meisje. “Dat je me zo te kakken zet!” De woordspeling ontging haarzelf blijkbaar maar ik moest daar ondanks mijn vertwijfeling toch om lachen.
Het eindigde met dat het meisje overstuur zei dat de jongen zijn moeder moest bellen omdat zìj hem niet meer in huis wilde hebben.
En de rare presentator kirde dat we de volgende keer weer moesten kijken naar een “heerlijk hysterische aflevering”.
Er zijn dus echt mensen die hieraan mee willen doen. Die hun vriendschap of relatie op het spel willen zetten, die het leuk vinden om de ander totaal voor gek te zetten en pijn te doen, die zelf voor gek gezet en pijn gedaan willen worden, en die de rest van hun leven hieraan permanent herinnerd willen worden.
Ik kan er niet bij. Met de beste wil van de wereld kan ik er niet bij. Misschien mis ik een verbinding in mijn hersenen, dat ik dit soort dingen niet begrijp. Het zij zo.
Laat mij maar lekker saai naar Per Seconde Wijzer kijken. Daar doe ik Bert en mezelf geen pijn mee.
tenor

 

Spel

Door de grotere kinderen hier wordt gegamed en gepraat over games. Ik ben er wel aan gewend, want toen mijn eigen zoon een groter kind werd, was het net zo.
Inmiddels is hij een volwassen man, maar de gamerij (ik lijk wel een Groninger) is nog steeds actueel. Alleen krijg ik het van hem nu veel minder mee, ik weet alleen dat er regelmatig game-sessies met zwager en neven zijn en er staat vaak een nieuwe game op de verjaardags-verlanglijst.
Ik heb hier een Wii met kindvriendelijke spelletjes als Mario Party. Dat mogen alle kinderen spelen, op een regenmiddag of in de vakantie.
Maar de grote jongens spelen thuis op de Playstation of de Switch en dan zijn de vechtspellen zoals Fortnite favoriet. De meiden hoor ik er eigenlijk niet over, die hebben blijkbaar toch een andere belangstelling.
Bij mijn eigen zoon en schoonzoon zijn het ook de battle-games ( ze praten zelf natuurlijk niet over ‘vechtspellen’ ) die het meest gespeeld worden.
Als ik het vroeger meekreeg omdat zoon het speelde, en nu via de gesprekken van de jongens hier, kon en kan ik maar niet wennen aan uitdrukkingen als: “Ik ben dood” en “Hoeveel kills heb jij gemaakt”
Ik weet wel dat het over de game, het spel, gaat maar het klinkt me zo naar in de oren. Dat lijkt niet bij een kindermond te horen.
Wat ik er van vind, daar heb ik al veel over nagedacht. En als ik dan heel eerlijk ben is er eigenlijk niet zoveel verschil met hoe wij vroeger speelden. Alleen speelden wij dan natuurlijk niet op een spelcomputer, maar fysiek.
We waren cowboys en indianen en schoten elkaar overhoop. We waren politie en boeven en bonden elkaar vast. We waren ridders en bevochten elkaar met zwaarden. We speelden oorlogje en bouwden forten van waaruit we onze geweren richtten op iedereen die langs kwam. “Pang pang, jij bent dood!”
Ben ik daar een agressief mens van geworden? Nee, ik heb juist een heel grote afkeer van geweld. Ik kan niet naar gewelddadige films kijken, ik kan geen oorlogsberichten in de krant lezen en zou zelf nooit een wapen kunnen hanteren. (zie ‘Airsoft‘)
De spelletjes die ik vroeger speelde waren fantasie. Ik heb nooit getwijfeld aan de grens tussen spel en werkelijkheid. In mijn spel was ik iemand anders, in het echt was ik gewoon mezelf.
Volgens mij is dat nu ook zo. Moet ik er niet te zwaar aan tillen dat er vechtspellen gespeeld worden. De grens tussen fantasie en werkelijk is er nog steeds. Alleen is het fysieke rollenspel veranderd in een digitaal rollenspel.
Ons spel was denk ik alleen gezonder omdat we buiten rondrenden in plaats van binnen zittend te spelen. Maar psychologisch moet ik me er denk ik minder druk over maken.
Wij waren ook meer uit het zicht van onze ouders als de kinderen van nu. Misschien zou mijn moeder ook wel gezegd hebben: “Moet dat nou,weet je wel waar je mee bezig bent?”, als ik als indiaan een cowboy scalpeerde. Maar ze zag het niet.
Wij zitten er nu gewoon veel meer bovenop, want de games worden thuis gespeeld. En dan lijkt het of het nu erger is als vroeger. Maar kinderen van alle tijden spelen machts- en vechtspelletjes.
Er zal ongetwijfeld een hele serie psychologische en pedagogische onderzoeken over bestaan, want blijkbaar hebben kinderen het nodig.
En dan zie ik het toch als positief dat we in ieder geval nu weten waar de kinderen mee bezig zijn. Als het ons te ver gaat, kunnen we er met hen over praten.
Konden we dat met de echte oorlogvoerders ook maar.

cowboy

 

Logo’s

Toen ik ruim 10 jaar geleden zelfstandig ondernemer werd, vond ik éen van de leukste dingen het ontwerpen van een eigen logo.
Het moest de naam van mijn bedrijf hebben en een leuke afbeelding, bij mij en bij de doelgroep passen en duidelijk herkenbaar zijn.
Fijn dat er computers zijn, je kan zelf (in mijn geval eerlijk gezegd met hulp van zoon) je logo ontwerpen en maken.

logo
Ik ben nog steeds heel tevreden met het eindresultaat en ik ga ook niet beginnen met moderniseren of stileren. Dit logo hoort bij mijn kinderopvang en is inmiddels herkenbaar voor ouders en kinderen. En het blijft net zolang bestaan als mijn bedrijf.
Het valt me echt op dat momenteel heel veel logo’s zo fantasieloos en eenvormig zijn.
Alsof ze allemaal in Word Office ontworpen zijn door een en dezelfde persoon. Die zich nu in de handjes aan het wrijven is omdat zijn investering in de cursus “Omgaan met Paint” zich miljoenvoudig heeft terugbetaald, want zelfs grootste ondernemingen zijn klant geworden
Natuurlijk zijn er trends in marketing en wil een bedrijf daarop aansluiten. Maar waar is het onderscheid? Als ik vroeger bijvoorbeeld het logo van de RVS zag wist ik precies om welk bedrijf het ging.

rvs

Het was gewoon een leuk plaatje om naar te kijken. En dat is volgens mij de bedoeling van een logo. Nu lijken logo’s zoveel op elkaar dat ik eigenlijk niet precies weet bij welk bedrijf ze horen. Ik heb voor de aardigheid wat bij elkaar gezocht. Kijk dan:


Vind jij het inspirerend of lokkend? Ik niet. Allemaal eenheidsworst van cirkels of afgeronde driehoeken en dezelfde kleurkeuzes. Saai!
Tijd voor een nieuwe trend vind ik. Onderscheid! Misschien moet ik zelf een
ontwerpbureau beginnen.  Kan ik daar in ieder geval weer een onderscheidend logo voor ontwerpen 🙂

“mien Hogelaand”

Het regent en het stormt al dagen lang. Overdag lijkt het niet echt licht te worden. Onze hond Lenny komt er wat bekaaid van af deze week, want het is echt geen wandelweer. Bert loopt ’s morgens en ’s avonds een rondje met hem en ’s middags mag hij in de tuin. Ik kan het de kleine peuters die hier overdag zijn, niet aandoen om met dit weer te gaan wandelen. Maar Lenny vindt er zelf ook niks aan, als ik ‘m in de tuin laat is hij in no time weer binnen.
Hondenweer is blijkbaar niet op hem van toepassing.
En dan eindelijk, vandaag op het eind van de middag, stopt het met regenen. We hebben een zwembad in de tuin na al die regendagen, de goten in de straat kunnen het niet aan, er liggen grote plassen op de stoepen. Maar het is droog! En als ik naar de lucht kijk, lijkt dat ook even zo te blijven. Het wordt zowaar licht!
Ik ben alleen thuis vanavond en heb vroeg gegeten. “Kom Lenny!” zeg ik terwijl ik mijn laarzen aantrek. “We gaan lekker even wandelen! We kunnen mooi even een rondje Stort doen voor het donker wordt!” Er stuitert een blije hond naar de gang, hij kan maar ternauwernood stilstaan zodat ik zijn tuigje om kan doen.
Toen ik hier pas woonde dacht ik dat Stort de plek was waar je je grofvuil kan brengen. Maar het is de naam van een heel klein streekje, met een handjevol huizen. Een prachtig plekje. Als je aan de ene kant Leens uitloopt kan je langs het kanaal via Stort lopen en dan aan de andere kant Leens weer in. Een mooi wandelingetje van 3 kwartier. Heel veel Leensters lopen rondjes Stort, je komt altijd wel mensen tegen. Maar vanavond niet hoor. En ik vraag me af of ik zelf ook niet beter een andere wandeling had moeten kiezen. Grote genade, het is dan wel droog, maar wat een storm! En zo koud, die wind! Het giert over het kanaal en de weilanden. Ik trek mijn jas zo hoog mogelijk dicht, zet mijn muts zo goed als kan vast en maak een filmpje om aan Bert, die lekker ergens binnen aan het karten is, te laten zien hoe dapper ik wel ben.

Ik sta eigenlijk te vertellen waar ik ben en dat ik dat beter niet had kunnen doen, maar je hoort echt niets van mijn stem door de bulderende wind. Ik sta door de storm schokkerige beweginkjes te maken alsof ik David Attenborough ben en ik begrijp ineens waarom de beste man altijd zo doet. Het is de natuur.
Lenny loopt aan de rolriem maar omdat het zo hard waait werkt die niet eens naar behoren, de lijn wappert in een grote boog in plaats van dat hij oprolt.
IMG_20190314_182038479_HDR-1.jpg

De wind is sterker. Ik voel me of ik ergens in de Highlands van Schotland vertoef in plaats van gewoon in Groningen op het Hogeland. .
Hé, Highlands en Hogeland, dat is toch eigenlijk hetzelfde woord. Dus zo raar is mijn gevoel niet.
Ik zie de lucht opentrekken en de ondergaande zon. En dat is wel ZO schitterend!!!

prachtig
Het zwarte geploegde land, het gouden zonlicht erboven, het groene gras met  glinsterende plassen…. ik ben onder de indruk. Dit is wel degelijk Groningen. Ineens heb ik helemaal geen spijt meer dat ik juist dìt stukje wilde wandelen.
Ik ben geen geboren Groninger, maar ik stem in met Ede Staal: Dit is mien laand, mien Hogelaand….
Prachtig.

De Timer Truc!

Je kent het vast wel: Je werkdag zit erop en je ploft neer met de gedachte: “Zo en nu even niks. Ik heb hard gewerkt en nou verdien ik het om even te lanterfanten.”
Je klooit wat op je mobiel of je tablet, je zappt wat doelloos langs tv zenders. Je denkt dat het ontspannend is maar eigenlijk levert het niks op want in je achterhoofd zit het onvermijdelijke plichtsgevoel dat je straks moet gaan koken, dat het nog een rommel in huis is, dat je de droger nog moet uitpakken, dat er een uitgebloeide bos bloemen op tafel staat die opgeruimd moet worden….. om maar niet te spreken van al die klusjes die ‘ooit’ nog moeten maar waar het nooit van komt,zoals een rommella opruimen of de oven schoonmaken. Maar je blijft stug facebooken, stomme spelletjes spelen, of op tv bij een reclameblok hangen omdat je wilt weten welk programma er eigenlijk voor is. Want je vertelt jezelf dat je dat verdient hebt en dat je niet altijd maar aan het werk kan zijn.
Uiteindelijk is het dan toch echt tijd dat je aan het eten moet gaan beginnen en sjok je naar de keuken. Tjongejonge, wat was het toch ontspannend, dat gehang omdat je even ‘lekker niks’ wil, maar niet heus. Het heeft je helemaal niks opgeleverd. Je voelt je helemaal niet opgeladen maar chagrijnig over alles ‘wat nog moet’ en je baalt van het gevoel dat er zoveel is waar je nooit aan toekomt.
Herkenbaar? Lees dan gauw verder, want het kan anders!
Mijn dochter Irene was helemaal klaar met bovenstaande situatie! En zij heeft dan ook iets bedacht wat dit negatieve gedoe omdraait in een positief gevoel, met als gevolg dat vrije tijd dan ook echt quality-time is, waar je van kan genieten.
Het principe is zo eenvoudig dat je kan denken: ‘Nou ja zeg, moet je daar nou een heel artikel aan wijden?’
Ze heeft het de Timer Truc genoemd en ik ben zo enthousiast dat ik denk dat dit een grote hit gaat worden.
Waar gaat het om? Juist om die momenten zoals die ik hierboven beschreef.
Irene’s idee (en het werkt in de praktijk echt fantastisch, ik spreek uit ervaring!) is als volgt: Ga als je klaar bent met je werkdag niet eerst zitten, maar pak een kookwekker. Stel die in op 30 minuten en zet die ergens neer waar je ‘m wel kan horen, maar niet zomaar ziet. Nu kijk je rond en pakt het eerste het beste aan wat je ziet dat moet gebeuren. Ligt er rommel in je kamer, begin met opruimen. Maar je kan natuurlijk ook beginnen met je aanrecht leegmaken door de vaatwasser in te ruimen, met dorre blaadjes uit je kamerplanten te knippen, gewoon het eerste waar je oog op valt wat moet gebeuren. Als je dat af hebt en je kookwekker is nog niet gegaan, pak je het volgende aan. Je zult verrast zijn hoeveel je kan doen in een half uur! Het is niet de bedoeling dat je tussendoor op het klokje gaat kijken hoelang je over iets gedaan hebt, of hoelang je nog hebt voordat de 30 minuten om zijn. Je gaat gewoon rustig door tot de wekker gaat. Na dat half uur heb je dan echt vrij. Maar dan zul je zien dat je niet doodmoe gaat hangen, maar dat je juist een positieve energie gekregen hebt om iets voor jezelf te doen wat je ECHT leuk vindt. Dan pak je wel even dat leuke boek, of zet een aflevering van die interessante serie op. En zonder wroeging geniet je daar dan van, want er is geen afleiding uit je ooghoeken van dat rommelige aanrecht, of die krantenzooi in huis, of die stoffige vensterbank, of wat die vervelende stemmetjes in je achterhoofd ook zoemen wat je eigenlijk zou moeten doen, maar waarvan je tegen jezelf zegt dat je er de puf niet voor hebt.
Als je deze Timer Truc consequent iedere dag doet, zul je verbaasd staan hoeveel je voor elkaar krijgt in een half uur per dag.
Een half uurtje mensen! Ik overdrijf niet als ik zeg dat deze Timer Truc voor een grote verandering zorgt. Want stukje bij beetje komt alles op orde in je huishouden en dan heb je op den duur ineens ook tijd voor die dingen waar je al 100 jaar niet aan toekwam. Die rommella uitzoeken, je kleding sorteren, je koelkast reorganiseren, noem het maar.
Sceptisch, als je dit leest? Niet nodig. Het werkt, gegarandeerd! Als je consequent de Timer Truc toepast, verandert je hele mindset.
Het wordt rustiger in je hoofd, omdat je weet dat alles aan de beurt komt zonder dat je gestressed bent omdat je niet zou weten waar je de tijd en energie vandaan moet halen. En daardoor wordt ontspanning ook weer ècht ontspanning.
Irene is inmiddels zover dat ze de Timer Truc ook op andere gebieden dan het huishouden toepast.
Maar daarover misschien een andere keer.
Echt, het is in al z’n eenvoud een briljant idee en het werkt. Ik zeg: DOEN!

IMG_20190311_184134308.jpg

Keukenprinses

Op zondagavond wil ik altijd iets extra lekkers eten.
Vandaag op het menu: Keftedes van lamsgehakt, gekruide tomatenrijst, tzaziki en een gemengde salade.
Klinkt goed toch? Dat dacht ik ook
Daar sta ik, met mijn leuke gele keukenschort voorgebonden, aan mijn prachtige, ruime kookeiland geoefend de kruiden, sjalotten en knoflook te snijden en te hakken. Het brood dat ik nodig heb voor het gehakt staat op een hoek van het eiland in een schaal te weken en ik kan de overige ingredienten in mijn keurig geordende koelkast moeiteloos pakken. Ik beweeg mij soepel door de keuken , roer zingend in de pannen die op mijn blinkende fornuis staan en heb na ruim een half uur een heerlijke maaltijd bereid. Ik zet stralend de schalen op de mooi gedekte tafel , doe zwierig mijn schort af en schuif samen met Bert aan om van het eten te genieten en een glaasje wijn te drinken.

Mooi beeld toch?
En dan nu de werkelijkheid: Ik heb inderdaad mijn leuke gele keukenschort voorgebonden.
Maar dat is dan ook zo’n beetje het enige.
In onze keuken staat helemaal geen kookeiland, geen ruimte voor, dus ik sta alles op een snijplank te hakken en te snijden . O ja, ik had brood moeten weken voor het gehakt. Brood zit nog in de vriezer. Ontdooien in de magnetron en de korsten eraf. Geen plek op de snijplank, want daar liggen de sjalotten en kruiden al gesneden te wachten. Aan de andere kant van het fornuis dan maar een plekje zoeken, maar dan moet die prachtige nieuwe zware braadpan die ik heb gekocht en waar ik nog geen plek voor heb gevonden in mijn pannenkast maar even verhuizen naar het fornuis.
Doe het gehakt in een kom. Ja, waar moet ik die dan weer neerzetten. Schuif nog meer spullen opzij. Gehakt, uitgeknepen brood en kruiden in de kom en kneden. O, er moet nog een ei in. Eieren staan in de koelkast. Handen wassen, eitje zoeken, waar is die doos dan toch. Achter de marmelade, en 2 kuipjes halvarine, logisch. Eitje erdoor. “Bert wil je alsjeblieft wat peper en zout komen malen, dat moet er ook door en ik heb vieze handen”. Nog meer kneden. Handen wassen, want de rijst moet opgezet. Water met tomaten en kruiden aan de kook brengen. Rijst afmeten in een kopje. Veel te veel rijst stroomt in het kopje. Rijst weer terugpielen in het pak, door dat kleine gaatje. Dan stroomt het ineens niet. Tomatenboel kookt inmiddels, rijst erbij en dan het gehakt afmaken. Verdorie, rijst koekt aan de bodem van de pan. Handenwassen, rijst losroeren..
F*ck ik zou zelf tzaziki maken! Recept kwijt. Laptop opstarten, duurt lang! Rijst bakt aan, losroeren! Yoghurt in een schaaltje, komkommer raspen.
Nee hè, schaaltje te klein, komkommer pas ter niet bij. Cavia’s kalmeren. Proberen plek te zoeken op het aanrecht voor een groter schaaltje. Citroensap! Halve citroen die nog in de koelkast ligt is beschimmeld. Ergens nog een flesje citroensap. Waar dan? Helemaal achterin natuurlijk, eerst allemaal potjes met restjes jam en zongedroogde tomaatjes en mosterd en ansjovis en eentje met nog 2 zilveruitjes erin opzij schuiven. Voornemen om binnenkort echt de koelkast op te ruimen. Eindelijk het vlees opzetten. Spettert als een malle, tegen mijn mooie nieuwe rode braadpan.
O ja! We zouden ook nog sla eten! Sla zit in een plastic bak. Verkeerde groentela open. Nogmaals cavia”s kalmeren. Slabak te haastig opentrekken,, helft van de sla ligt op de grond. Cavia’s blijmaken. Rijst is gaar. Afgieten en terug in de pan. Vlees omdraaien. Salade klaarmaken. Lege fles dressing in de koelkast. Op zn kop zetten, laatste druppels eruit persen.
Pffff klaar. Met een verhit hoofd de schalen op tafel.
Niet meer omkijken naar het slagveld in de keuken. Schort af.
De tafel is mooi gedekt en ik schuif met Bert aan om van het eten te genieten en een glaasje wijn te drinken.

Dat dan weer wel. En het eten was heerlijk!

IMG-20190217-WA0019.jpg

Update op maandagmorgen: Ik moet brood smeren en trek de koelkast open. Daar staat recht voor mijn neus het potje met heerlijke feta, dat ik zaterdag speciaal had gekocht voor de salade van zondag. Spijtig.
IMG_20190218_073839208.jpg

Let’s Face It!

Ik heb Pareidolie. Het is chronisch, dus ik kom er nooit meer van af.
Het klinkt als een nare aandoening. Veroorzaakt door zo’n eng, microscopisch klein beestje met zaagtandjes en een alien-kopje. Maar dat is het niet.
Het wordt ook wel Pareidolia genoemd. Dan heb ik er direct een andere associatie bij. Ik hoor het Tuinman Rob Verlinden met z’n zwaar Amsterdamse accent gewoon zeggen: “En dan hebbe we hier de Pareidolia’s, sorg ervoor dat die op een sonnige plek komme te stahn… dan sijn se straks in de somer volop in bloei!”
Maar het is niets van dit alles. Wikipedia zegt:
Pareidolie of pareidolia is een psychisch verschijnsel, een vorm van illusie waarbij iemand een zodanige interpretatie van onduidelijke of willekeurige waarnemingen heeft, dat hij hierin herkenbare dingen meent waar te nemen. De naam is afkomstig van het Griekse para (naast) en eidolon (beeld).
Best een leuk iets, dat pareidolie.
Ik zie heel vaak gezichten en gezichtjes in dingen. Levenloze dingen, of levende dingen die eigenlijk geen gezicht hebben, zoals bomen. Nu, met de camera op je mobieltje, is het heel makkelijk om foto’s te maken en ik heb dan ook een speciaal foto-album op Facebook aangemaakt.
Hier stonden in eerste instantie alleen foto’s op die ik zelf gemaakt heb, maar inmiddels zijn er mensen die met me mee kijken en van tijd tot tijd een foto sturen voor mijn album Accidental Facebook. (Het album staat trouwens op ‘openbaar’ dus je hoeft geen FB-vriend van mij te zijn om deze foto’s te kunnen zien. Zoek wel even naar “Annelies van Bloois” en kijk dan bij foto’s naar het album Accidental Facebook)
Ik ben zeker niet de enige, er staan veel foto’s op internet van mensen die, net als ik, gezichten zien in dingen en die foto’s zijn vaak hilarisch.
Dat er een wetenschappelijke term voor is geeft wel aan dat ik niet uniek ben. Het is wel een interessant gegeven vind ik. Is het nog een overblijfsel uit mijn kleutertijd, toen ik, net zoals alle kleuters van toen en van nu, in de ‘magische fase’ zat? Kleuters zien veel dingen als levend, met een ziel zo je wilt. Ik wist heus wel dat mijn pop van plastic was, maar ik wist ook zeker dat ze kon voelen, dat ze bijvoorbeeld verdrietig was toen ik haar een keer vergeten was en ze een nacht in de tuin heeft gelegen. En dat ze blij was als ik weer uit school kwam of als ze nieuwe kleertjes kreeg.
Kleuters doen uitspraken als: “De wolken kijken boos” en ” Ik heb die steen bij de anderen gelegd, want anders was ie zo alleen!”
Voor een kleuter kan alles en dat vind ik geweldig. Ik denk dat ik altijd nog een stukje kleuter in mijzelf bewaard heb, dat ik daarom nog zoveel houd van fantasy en sprookjes. En van de natuur, ik zie bijvoorbeeld bomen nog steeds als levende wezens. Nee, ik knuffel ze niet, maar ik heb er wel respect voor en vraag me af hoe ze voelen en waarnemen. Op het landgoed, hier vlak bij, staan een aantal bomen op de nominatie om neergehaald te worden. Er zijn twee of drie ècht oude bij en het doet me gewoon fysiek zeer dat deze straks omgehakt worden. Uit een kastanje als klein kiempje begonnen in de tijd dat het landgoed nog eigendom was van de adel, de dames nog in lange jurken en hoeden liepen en er koetsjes in de lanen reden. Dat heeft zo’n boom allemaal ‘gezien’. De oorlog, de hippietijd, de koude oorlog met het doemdenken, alles heeft die boom overleefd. En nu moet hij dan sterven, omdat hij …. ja waarom eigenlijk. Ik ben geen landschapsarchitect en ook geen boomchirurg, dus ik weet de reden niet, maar ik vind het echt heel erg.
In bomen en hout kan je ook vaak gezichten zien. Ook daar staan een paar voorbeelden van in mijn foto-album.

de oude manboomgeest
Maar niet alleen mensen zien gezichten waar ze niet zijn. Ook dieren doen dat blijkbaar, want er zijn een aantal soorten die daarmee anderen willen misleiden. De vuurwants heeft een schild als een Tiki-masker, de cobra heeft de tekening van een gezicht op de achterkant van zijn kop, en er is een mot die eruit ziet als een gezichtje.

(foto’s via google images)

En veel vlinders hebben ‘ogen’ op hun vleugels. Dat houdt toch in dat andere dieren er een gezicht in zien, anders was het nutteloos.
Maar de meeste dingen waar ik een gezicht in zie zijn toch wel kunstmatig. En dat begon al heel vroeg. Ik denk dat er veel meer mensen van mijn leeftijd zijn die vroeger zagen dat auto’s gezichten hadden. De vorm van de koplampen en de grill was heel anders als bij de auto’s van nu, en in combinatie met het logo kreeg iedere auto een eigen gezicht. Je had blije auto’s, boze, en ook wel zelfs enge. De moderne auto’s hebben geen eigen gezicht meer.
Maar er is nog genoeg te zien, als je het maar wilt zien.
Stopcontacten, melkvlekken, de manier waarop een tas staat, huizen, alles kan een gezicht hebben.
Ik ben nog niet zo ver, en hoop ook nooit zover te komen, dat ik ze ga interpreteren als verschijningen. Er zijn serieus mensen die menen dat er een afbeelding van Jezus of Maria op hun tosti of pannenkoek is verschenen. Dan wordt het wel wat zorgelijk vind ik.
Maar voor mij is Pareidolie nog geen aandoening. Ik vind het een verrijking!

toet

Heb je ook een leuke foto voor mijn Accidental Facebook? Ik hou me van harte aanbevolen.  Wel een foto die je zelf gemaakt hebt!

Make- over

We zijn aan het klussen in huis. Voor mijn gevoel al maanden. Eigenlijk is het ook al maanden.
Natuurlijk is er heus wel wat afgekomen in die tijd, maar zo voelt het haast nog niet, omdat er iedere keer nog weer wat moet! Het begon met de radiator van de achterkamer vervangen. Hoeveel ik ook van ons huis houdt, dat ding was me al vanaf dag 1 een doorn in het oog.
Spuuglelijk, en een ramp om schoon te houden. Dus wat was ik blij dat we in de herfst eindelijk dat kreng vervingen door een platte radiator. Het oude geval was loodzwaar en een oud-ijzer-boer was er maar wat blij mee, hij kwam ‘m zelf ophalen. Da-hag!
spuuglelijk

Met deze vervanging begonnen eigenlijk de grote plannen. De radiator stond onder het raam en Bert zei: Als we hier nu toch mee aan de gang gaan, dan kunnen we het ook groter aanpakken, dat jij je vensterbank krijgt! En aldus geschiedde. Het zat wel enorm tegen want het houtwerk achter de verwarming bleek erg verrot te zijn. Het duurde dus een paar weken voordat we alles echt in orde hadden. Maar we bleven positief: gelukkig maar dat we dat nu gezien hadden en niet pas als het te laat was. Ik was (en ben) ontzettend bij met het resultaat.

IMG_20190209_165257986.jpg

Maar het smaakte naar meer. En dat meer was ook echt wel noodzakelijk. Ik bedoel: als je door de bank zakt ben je echt wel aan andere meubels toe, toch? En nieuwe meubels vragen om een nieuwe kleur op de muur. Als we dan een nieuw bankstel hebben , kan de slaapbank, die we als tussenoplossing hebben, naar zolder, voor logees.  Maar dan moeten we wel eerst de zolder aanpakken.
Zo zitten we dus inderdaad al maanden in de rommel. Want iedere ruimte die je aanpakt moet leeg en de spullen moeten dan zolang ergens anders staan. Dus we sjouwen ze van hot naar her. Of van het kastje naar de muur misschien wel.
Bovendien moet ik eerlijk zeggen dat ik niet degene ben die het makkelijkst iets wegdoet. Overal zit wel een emotionele waarde aan. Maar omdat ik ook niet binnenkort te zien wil zijn in een aflevering van Extreme Hoarders probeer ik toch zoveel mogelijk weg te doen en wat ik wel wil bewaren, overzichtelijk op te ruimen.
Over TV-progamma’s gesproken, daar duren de make-overs nooit maanden.
In een paar dagen knappen ze een heel huis op. Ik herhaal: een heel huis!
Dat wil ik ook! Want dan komt er een ploeg van 20 man/vrouw, en zelf ga je ondertussen lekker in een hotel in een bubbelbad of zo.
Die mensen pakken alle ruimtes in je huis tegelijk aan. En ze hebben blijkbaar nooit, zoals wij wel, te maken met een levertijd van 8 weken op een bankstel en 10 op een kast. En al helemaal niet met levertijd op meubelplaat wat we nodig hebben op zolder, zodat die nog steeds niet af is. Zij fixen dat in een dag.
Zij denken niet: Pff, dan zijn straks de kamer en de zolder eindelijk klaar , maar moeten we ook de overloop nog, en 2 trappen. Het halletje moet ook nodig weer gewit worden. En de bijkeuken is ook weer veel te vochtig geweest, dus die moet ook nog…..
Er is altijd het juiste gereedschap voor handen en alle inrichting en accessoires zijn direct beschikbaar.
Voor de vorm gaan ze dan even stressen op het eind, omdat wij dan al bijna terug zijn en nog niet alle kussens al in de hoezen zitten en de tafel nog niet gedekt is met twee kleuren servetten , 62 kaarsen en een Aronskelk in een design-vaas, maar het komt altijd nog net op tijd af!
Het lijkt me super. We komen dan binnen en roepen op de juiste momenten “Oh!” en “Ah!” En ik zal niet vergeten mijn hand voor de mond te slaan, want dat hoort er ook bij.
Daarna gaat er  een fles champagne open en als we de TV-ploeg uitgezwaaid hebben gaan we nog even aan de tafel met de 62 brandende kaarsen zitten. Om rustig rond te kijken en de fles champagne leeg te maken. Daarna via onze nieuw geschilderde trap naar boven, over een opgeruimde overloop naar een opgeruimde slaapkamer.
Goed beeld toch?
We zullen het maar doen met de werkelijkheid. Stukje bij beetje de dingen opknappen en uiteindelijk komt het dan wel een keertje echt af.
En dan komt er ook champagne, dat heb ik nu al besloten.

IMG-20190209-WA0003.jpeg

Indoctriedeuntjes

Ja hoor, daar was-ie weer op de radio vanmorgen. De cover van ‘She’s the one’, door Plus Supermarkt gebruikt in een kerstreclame met een hoog simp-gehalte. Daardoor is het een hit geworden en hoor je ‘m nu in februari nog steeds. De reclame is er gelukkig niet meer. Die is zo verschrikkelijk vaak op tv geweest dat voor mij de hele emotionele lading eraf ging en het alleen maar irritant werd. Bovendien heb ik niks met het nummer, dus dacht ik vanmorgen: ‘Nee hè! Hou er nou eens mee op, nou weten we het wel.’
Maar goed, de radio draait niet alleen maar mijn smaak en als het me niet zint moet ik hem maar uitzetten, toch?
Het is wel een interessant gegeven, dat zo’n hit dan een gevolg is van een reclame. Dan hebben ze het wel goed gedaan denk ik, bij het reclame bureau. Het is toch immers de bedoeling dat een reclame blijft hangen bij je.
Eerlijk is eerlijk, ik heb ook wel eens gedacht: ‘Hé, leuke muziek is dat. Even zoeken van wie dat is’.
Zo hadden we ‘Bittersweet Symphonie’ van the Verve, bij een autoreclame (sorry, reclamebureau, ik ben vergeten welk merk het was).
En de muziek bij de gekleurde stuiterballetjes van de Sony-Bravia reclame, vond en vind ik ook erg leuk. Dat is ‘Hearbeats’ van Jose Gonzales. Voordien en nadien eigenlijk nooit van hem gehoord.
Nu is vooral de muziek bij een reclame belangrijk, omdat veel reclames een minifilm zijn.
Vroeger had je vooral liedjes. Weet je nog? Van die liedjes die in je hoofd bleven hangen. Wat uiteraard ook precies de bedoeling van de reclamemakers was. Tenenkrommende teksten en rijmelarij, maar het werkte. Want er zitten er nog zoveel opgeslagen in mijn geheugen! Waarom? Niemand die het weet. Nou ja, een psycholoog heeft er vast wel een verklaring voor. En een reclamebureau waarschijnlijk ook wel. Reclame indoctrineert. Zelfs met een lullig liedje als: ‘Goed zeg, lekker zoet zeg, natuurlijk Natrena’ .
Of: ‘Oe-oeh, a-ah we maken Domo-vla! Moemoe, blabla, hopjes, vanille en chocola. Aardbeien en blanke vla (heerlijk houdbare vla, oehaaa) we maken Domo Domo Domo vla, in die makkelijke pakken Whoeoeoeoeoe.’
Het is bijna verontrustend dat ik zo’n liedje nog gewoon kan afdraaien in mijn hoofd maar dat ik niet kan onthouden wat mijn bankrekeningnummer is. Wat toch veel nuttiger zou zijn dan: “ Het aroma komt je tegemoet, zodra je Supra opendoet, dat is van Nelle…….”
Ik moet wel eens lachen als de reclame voor Kips leverworst op de radio is. Die is zowat nooit veranderd. Altijd nog het kinderkoor met een fanfare: ‘Liever Kipsleverworst, dan gewone leverworst….’ Volgens mij al wel 50 jaar. Dat heeft dan ook wel weer wat.
Opticien Pearle heeft Jan Smit ingehuurd. Want bekende Nederlanders doen het natuurlijk ook goed in de reclame. Toch is Jan’s liedje niet zo sterk. Ik kom niet verder dan “Weet je wat ik wil…..” en dan ben ik de tekst kwijt en blaat iets over een opblaaskrokodil, wat beslist niet in het liedje genoemd wordt. Eigen variatie.
Maar wat ik nog wel weet is hoet het ging toen Pearle nog Brilmij was:
‘De bril voor mij van de Brilmij
De bril voor mij vàn de Brilmij
Een prachtig montuur
en waarachtig niet duur
Je wordt er bediend
als een heel goede vriend
En daar komt nog bij
de keuze is vrij
De bril voor mij vàn de Brilmij’

Volkomen nutteloze bagage in mijn geheugen. Maar die heeft denk ik iedereen.

Welke liedjes weten jullie nog?

sony-bravia-balls-st