Vlot

Vandaag begint volgens de kalender de herfst. Het weer is net als mensen die nu al pepernoten kopen: niet kunnen wachten tot het zover is en alvast maar beginnen. Dus afgelopen weekend en maandag was het een en al regen, storm en kou.
Maar vandaag is het heerlijk! Zon schijnt, prettige temperatuur, bijna geen wind.
Ik verkeer nog steeds in de gelukkige positie dat ik de tijd aan mezelf heb en ter plekke kan uitmaken waar ik zin in heb. En ik had zin in een lange wandeling, Lenny heeft altijd zin in een lange wandeling, dus we gingen gewoon.
De ochtendzon scheen door de nevels boven het land, dat er inmiddels weer anders uitziet als een paar weken geleden. Uien en aardappels zijn gerooid, dat land is zwart en leeg. De rode kool staat nog in grote rijen op het land, evenals de maisplanten, die hoog en vergeeld boven de grond uitsteken.  
De paarden en koeien staan nog in de weiden, er is nog genoeg gras.
Oké, tot zover het agrarisch bulletin van vandaag. 

Het stuk wat ik wilde lopen duurt ongeveer anderhalf uur en halverwege steek je een kanaaltje over. Ik heb hier al eens eerder over geschreven in Open,  maar vandaag was het niet zo spiritueel als toen. Integendeel.
De brug is vervangen, dat was ook wel nodig want ik verwachtte echt een keer door het dek heen in het kanaal te storten. En ik ben natuurlijk niet de enige die van die brug gebruik maakt. Het was een erg steile brug waarbij je zo ongeveer Alpineskills nodig had om die te beklimmen en weer af te dalen, maar de nieuwe brug is langer en daardoor minder steil. Prettig! 

Ik hoorde van een afstand al gebrom, er stond vandaag een apparaat op de brug. Netjes aan de kant, we zouden er makkelijk langs kunnen. Op het water, vlak naast de brug, waren twee mannen bezig met slangen en pompen om het kanaal te schonen of zoiets, en die slangen waren aangesloten op het apparaat. Dat ding maakte een flink kabaal, wat nog versterkt werd door de houten brug, die als een klankkast werkte. En ik voelde het al aankomen: daar gaat Lenny nooit langs.
Maar ik liep resoluut verder, ik dacht: als ik doe of er niks aan de hand is, loopt hij misschien wel mee.
Natuurlijk niet, hij ging vol in de ankers. Hij dook in elkaar en keek me met zielige oogjes aan, die zeiden: ‘Mens toch, je weet toch wel dat dit teveel gevraagd is?’
Ja dat wist ik ook wel. Al van pup af aan is hij bang voor van alles in de grote boze mensenwereld. En dan raakt hij de kluts kwijt en gaat zitten.
Een aantal dingen hebben we hem kunnen leren:  langs een container lopen (zie je wel, die doet niks!), langs wapperend afzetlint of verkeers-pionnen lopen (zie je wel, die doen ook niks) en dat soort dingen.  
Maar dit, een groot ronkend apparaat op de smalle brug met een nog smaller paadje om erlangs te kunnen, dat was toch echt teveel voor hem. Ik stond nog even te vleien met lieve woordjes, maar hij stond inmiddels te bibberen met zijn staart zover tussen de poten dat die er zowat aan de voorkant weer uitkwam. 
‘Kan u er niet langs?’ riep een van de mannen van beneden.
Ik keek over de reling.  ‘Jawel, maar mijn hond durft niet,’ schetterde ik boven het lawaai uit. 
‘Zullen we hem even afzetten?’ brulde de man. 
‘O dat zou heel fijn zijn!’ schreeuwde ik terug. Zo aardig hè, die kerels.
Ik dacht dat er eentje op de kant zou stappen, de brug op zou lopen en het apparaat uitschakelen. Maar dat ging zomaar niet!

De mannen stonden op vlotten. Ze overlegden even, en eentje koppelde de slangen waar hij mee bezig was af en ging met een paal aan het bomen. Zijn vlot kwam in beweging en dreef traag onder de brug door. Toen gleed hij langzaam naar de oever en probeerde hij aan te leggen aan de kant. Dat lukte niet, ik zag niet precies wat er was, maar volgens mij kreeg hij geen grip op de bodem met zijn boompaal. Dus hij ploeterde nog een stukje verder. Ondertussen voelde ik me hoe langer hoe meer bezwaard. Als ik geweten had hoe lastig het voor die man was om het apparaat uit te zetten, had ik wel geprobeerd Lenny op te tillen en langs het apparaat te sjouwen. Maar nu was hij al zolang bezig, dat ik niet meer durfde te zeggen: ‘Laat maar, ik draag hem wel.’
Ik aaide Lenny over zijn kop, het enige stukje hond wat niet bibberde en probeerde hem zo wat gerust te stellen.
Uiteindelijk vond de boom blijkbaar vaste grond en kon de man het vlot vastzetten. Hij stapte als meneer Wijdbeens op de kant, ik was blij dat hij niet tussen wal en schip terecht kwam. 

Hij kwam de brug op en drukte op een knop. Dat was alles, een weldadige stilte viel.
Lenny kwam overeind en wilde nu wel meelopen. Ik bedankte de man een keer of honderd dat hij al die moeite wilde doen voor ons, hij was bijna een kwartier aan het ploeteren geweest. En zometeen moest hij ook weer terug.
‘Och, zei hij, terwijl hij naar Lenny keek. ‘Het is ook allemaal nieuw en erg spannend voor zo’n jonge hond.’
Ik knikte glimlachend en had het hart niet om te zeggen dat Lenny al 8 jaar is.
We renden zo’n beetje de brug af terwijl ik nog een keer ‘Bedankt!’ riep, voordat het apparaat weer begon te ronken. 
De pauze bij het steigertje hebben we maar even overgeslagen nu, we hadden al pauze gehad op de brug. 

De moraal van dit verhaal: 
Deze mannen deden moeite om Lenny en mij te helpen, gewoon uit goedhartigheid.Ze bestaan nog, zulke mensen. En dat maakt mijn hele dag goed.


Een gedachte over “Vlot

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.