In het prachtige en aandoenlijke boekje ‘Bij Uil thuis’ van Arnold Lobel staat een verhaaltje over tranenthee.
Soms gaat Uil zitten met een ketel op zijn schoot en vult die met tranen, door aan heel verdrietige dingen te denken.
Uil pakte de ketel uit de kast. ‘Vanavond ga ik tranenthee zetten,’ zei hij. Hij zette de ketel op zijn schoot. ‘Zo’, zei Uil, ‘ik ga beginnen.’ Uil bleef heel stil zitten. Hij begon aan heel verdrietige dingen te denken. ‘Stoelen met kapotte poten’, zei Uil. Zijn ogen werden al een beetje nat. ‘Liedjes die niemand kan zingen’, zei Uil, ‘omdat niemand de woorden meer weet.’ Uil huilde nu. Een dikke traan rolde naar beneden in de ketel. ‘Lepels die achter het fornuis zijn gevallen en die je nooit meer terugvindt’, zei Uil. Er drupten al heel wat tranen in de ketel. ‘Boeken die je niet meer kan lezen’, zei Uil, ‘omdat er bladzijden uitgescheurd zijn.’ ‘Klokken die stilstaan,’ zei Uil, ‘omdat niemand ze meer opwindt.’ Uil huilde nu heel erg. Veel dikke tranen vielen in de ketel. ‘Een prachtige zonsopgang. Die niemand ziet, omdat iedereen slaapt’, snikte Uil. ‘Heerlijke aardappel-puree op een bord, die niemand wilde opeten,’ jammerde hij. ‘En potloodjes die te klein zijn geworden om vast te houden.’ Uil dacht aan nog veel meer nare dingen. En hij huilde en huilde maar. Al gauw was de ketel vol tranenwater. ‘Ziezo’, zei Uil. ‘Dat is dat.’ Uil hield op met huilen. Hij zette de ketel op de kachel. Het tranenwater kookte al gauw. Uil schonk zijn kopje vol. Hij was heel tevreden. ‘Het smaakt wel een beetje zoutig,’ zei hij. ‘Maar tranenthee is toch altijd weer heerlijk’.
Dit verhaaltje is voor kinderen. Voor volwassenen kan het humoristisch of zelfs wat belachelijk zijn. Maar voor mij spreekt er zo’n pijnlijke weemoed uit, het zijn op zich zulke kleine dingen, maar ze kunnen je toch verdrietig maken.
Dit boekje heb ik al 40 jaar geleden gekregen, toen ik net kleuterleidster was. Later heb ik de verhaaltjes ook aan mijn kinderen voorgelezen.
Uil heeft altijd een plekje in mijn hart gehad. Omdat ik hem zo goed kan begrijpen.
Momenteel heb ik ook het gevoel dat ik een hele pot tranenthee kan zetten.
Ik weet niet hoe het jullie vergaat maar ik heb het zwaar met de beperkingen. Dat ik zelfs mijn kleine gezin niet bij elkaar mag hebben, dat ik al een jaar lang mijn kinderen niet kon omarmen. Dat ik zelf ook geen enkel uitzicht zie nog, nee ook dat licht aan het eind van de tunnel niet.
En als er dan andere dingen gebeuren die niet leuk zijn grijpt me dat extra aan. Ik kan ze niet goed meer handelen en ik verlang naar tranenthee.
Zolang ik hier woon waren de ponies in de wei vlak bij ons huis een grote vreugde voor mij. Iedere dag zag ik de kudde kleine ruige paardjes. De groep wisselde van samenstelling, want ieder voorjaar werden er veulentjes geboren en niet iedereen bleef. Het was pas voorjaar als we de dikke merries zagen en iedere ochtend benieuwd waren of er weer een veulentje geboren was. Ik werd er erg gelukkig van, praatte met (of eigenlijk natuurlijk tegen) de paardjes en genoot van hun vrije leventje, zag de veulentjes opgroeien en herkende ze allemaal, ook uit de verte.
Nu is de weide leeg en dat blijft zo. De eigenaar van de ponies is overleden en de paardjes zijn weggehaald. Mijn verdriet is niet te vergelijken met het verdriet van de familie van die man. Dat weet ik maar al te goed. Maar ik vind het echt zo erg dat ik nu nooit meer zal kunnen genieten van de prille veulentjes in het voorjaarsgras, nooit meer tegen de ponies kan praten als we beiden buiten waren in een stortbui, nooit meer met de kindertjes naar “de paardjes” ga.
Ik deed de kast open en mijn beker viel er spontaan uit. Kapot. De beker die ik een paar jaar geleden met Moederdag had gekregen, mijn grote theebeker met “voor de allerliefste mama’ er op. Die beker was speciaal voor mij, er zat een grote emotionele waarde aan. En juist die valt kapot. Niet 1 van die betekenisloze kopjes die ik bij de kringloop had gekocht, maar deze. En ik heb al gezien dat ik hem niet kan vervangen want deze is ‘uit de collectie’
Materiaal voor tranenthee.
Ik schreef al jaren met iemand in het buitenland. Hij was ziek en eenzaam. Toen hoorde ik via een contactpersoon dat hij was overleden. Mijn troost was dat ik hem tenminste nog recent geschreven had en er die keer ook nog een persoonlijke kaart bij had gedaan. Dat hij dus wist dat ik aan hem had gedacht. Misschien was hij nog in staat geweest om me terug te schrijven, ik wachtte af.
Na een paar weken viel mijn eigen brief hier op de mat. Retour afzender, geadresseerde overleden. Hij had de brief dus nooit gekregen, ik was erg verdrietig.
Het lijkt alsof momenteel de emotionele rek er uit is bij mij. Dat dingen die gebeuren niet meer dingen zijn die nou eenmaal gebeuren, maar tegenslagen.
Ik denk dat het komt omdat er nu nauwelijks compensatie is. We krijgen niet de kans om goed op te laden, we hebben geen vrijheid daarin. Geen positieve energie door elkaar te ontmoeten of samen te eten, ergens heen te gaan.
Plannen maken heeft geen zin want niemand weet wanneer ze uitgevoerd kunnen worden.
En dat verlamt me.
Dan worden zelfs de meest onbenullige dingen als een auto die niet start als je snel even naar de winkel wilt in de stortregen, of als je, wanneer je je sneeuwlaarzen eindelijk weer eens tevoorschijn moet halen, ziet dat de zolen verpulverd zijn, een drama.
Misschien zet Uil die tranenthee omdat huilen oplucht. Maar zelfs dat gevoel heb ik niet meer.
Het wordt tijd voor lachtranenthee.
Ik snap je zoooo goed…. maar dat weet je al, wat jij hier verwoord onderschrijft de reden van mijn verhuizing..,
Het is een heftige tijd met alle beperkingen
Het komt goed en de woorden krijg ik haast mijn mond niet uit.. maar toch .. nog even volhouden😘😘😘
LikeLike