Tuinscènes

Alweer over de tuin? Tja, mijn blogjes gaan over dingen die me bezig houden. En onvermijdelijk komen sommige onderwerpen dan vaker aan de orde.
Maar net zoals ik in een film die ik al ken, toch steeds andere dingen zie, is dat met tuinwerk net zo. 

De tuin van Tim was weer aan de beurt. Je weet wel, die met die stenen, veenlijken en eindeloze penwortels (The Empire strikes back)
De afgelopen periode van afwisselend zon en regen had de boel weer aardig doen ontspruiten. En dan vooral de soorten die beter onontsproten konden blijven wat ons betreft.
Dus Supermam kwam weer even aanwaaien, met knielbankje en onvolprezen stekertje. De rest aan gereedschap heeft hij zelf wel. Natuurlijk ben ik niet echt Supermam, maar dat is even een bruggetje naar het filmthema dat zich deze dag ontvouwde. 

Het begon ermee dat ik tijdens het werk het muziekje van De Geheime Tuin zat te neuriën.
Niet dat deze tuin nou te vergelijken is met de ommuurde tuin achter een kasteelachtig Engels landhuis, maar toch had ik de associatie. Het was heerlijk fris weer en ik zat net als Mary Lennox allemaal onkruid uit te trekken en in een emmer te gooien.
Mijn liedje hield abrupt op toen ik zag dat ik met mijn stekertje een korte maar dikke naaktslak had gespietst.
‘Och sorry’, mompelde ik. Aangezien de slijmerige ingewanden van het beestje zijn uitgewanden waren geworden, was het een zeer nutteloos excuus.
Ik heb op zich niks met slakken (je kan het woord net zo plakkerig uitspreken als ze zelf zijn), maar ze zijn nuttig en doen gewoon hun slakkendingen. Niet nodig om ze zomaar te spietsen. Ik begroef hem snel en legde daarbij per ongeluk een groepje kleine glazige eitjes bloot. Slakkeneitjes, ook dat nog. Hup, zand erover. De vader/moeder (slakken zijn hermafrodiet) had ik niet meer kunnen redden, de eitjes wel. Gelukkig hebben babyslakjes hun ouders niet nodig. Dat scheelde weer in mijn schuldgevoel. 

Ik hervatte mijn geneurie en trok de een na de andere grasspriet en paardenbloemrozet uit de grond, tot mijn emmer vol was en ik die ging legen in de groene container.
Maar de emmer werd zo’n beetje teruggetrokken. Een kruisspin met de omvang van een nazaat van Ungoliant hield de rand vast, met 8 poten en sterke webdraden. 


‘Laat los,’ zei ik. Het beest was werkelijk gigantisch, met een kruis dat op de mantel van een Tempelier niet zou misstaan. 
Het beest reageerde niet, maar bleef hardnekkig de emmer vasthouden, ik verbeelde me dat de 8 poten nog steviger om de rand geklemd werden. Waar is Radagast als je hem nodig hebt?  (ik hoop dat je de Hobbit gezien hebt, anders spreek ik in raadselen)
Ik vond het heel vervelend voor de spin dat ik haar web had verstoord, maar het was MIJN emmer en ik wilde hem legen!
Ik gaf een ruk en de Tempelierster vloog met een zwiep tegen het raam van Tim’s huis. Daar kroop ze verbolgen naar boven en zocht een plek boven het kozijn. Ik zag dat er nog zo’n joekel in het raamkozijn zat. Goed eten daar in Drenthe blijkbaar.
Ik voelde me nu alleen wel door zestien oogjes bekeken, terwijl ik de emmer leegde en nog een poos bezig was om de echt bizar sterke draden te verwijderen. 

Daarna weer op de knieën om verder te steken en de trekken. 
Maar ik was het superhandige klauwharkje van TIm kwijt. Geknield op mijn bankje speurde ik de tuin af en zag toen gekromde vingers uit de grond steken. Ik had het harkje per ongeluk half begraven.
Het leek wel de hand uit The Corps Bride.

Ik kon het niet laten, maakte een ring van een paardenbloemsteeltje en schoof die aan een van de vingers. Juist toen ik, net als Victor,  ‘With this ring I thee wed’ wilde galmen, kwam de buurman naar buiten. Gelukkig was ik nog niet begonnen met praten, anders had ik gewild dat de hand me daadwerkelijk de grond in getrokken had.
Ik groette normaal de buurman en grinnikte in mezelf toen ik het harkje bevrijdde en weer vrolijk verder ging met onkruid verwijderen. Met nu het muziekje van The Corps Bride in mijn hoofd.

Onvermijdelijk kwam ik de ridderzuring ook weer tegen. Die met de penwortels die tot aan Australië reiken.
Nu wilde ik echt tot het uiterste gaan om hem uit te graven, als de wortel brak was de plant er binnen de kortste keren weer om zijn veel te grote plek op te eisen.
Ik groef en trok en groef en trok en eindelijk…. daar trok ik de hele wortel uit de aarde.
Alsof ik Excalibur uit de steen had getrokken, alleen de epische muziek en de lichtstraal vanuit de hemel bleven uit toen ik de wortel zegevierend boven mijn hoofd hield. Jammer. 


Het grootste gedeelte was nu klaar, alleen een hoek was nog flink overwoekerd.
Toen ik mijn stekertje daarin wilde planten lukte dat niet. Steen. 10 cm verder ook steen. Eigenlijk was het hele stuk eronder steen.
Jemig, dit was gewoon een stukje volkomen overgroeid terras. Wat verschrikkelijk irritant, want het waren kleine steentjes, dus duizend voegjes, en de plantjes zaten muurvast. Ik was zo hard aan het steken dat de steentjes loskwamen.
Hoezo was dit rare ronde stukje terras überhaupt aangelegd in die hoek?  Ik overlegde even met Tim, die inmiddels klaar was met werken en dus klaar was om met te helpen, en we besloten gewoon dat stuk eruit te halen.
Ik kan het iedereen aanraden: heb je onkruid tussen de stenen, verwijder dan gewoon de stenen. Probleem opgelost. En gelijk ook een stukje tuin erbij waarin je iets leuks kan planten.
En hier moet ook nog echt iets komen, want het kleine boompje c.q. struikje wat er stond, was dood gegaan. We groeven die uit, het leek heel makkelijk, maar het laatste stuk wilde maar niet. Toen het uiteindelijk lukte (ik had de neiging om ‘Let it goooooo’ te gaan zingen, maar dat wilde ik Tim niet aandoen), zagen we waarom het zo moeilijk ging. De wortels zaten spiraalvormig. ‘We hadden hem eruit moeten schroeven,’ zei Tim en gelijk had hij.

De natuur heeft allang verzonnen wat wij  denken uit te vinden, dat blijkt maar weer.
Ik ging nog onkruid tussen de stenen van het paadje weghalen (daar hebben we de stenen toch maar wel laten liggen) en toen was het klaar.
‘It’s done’  zou Frodo zeggen. 


Volgende week is onze eigen tuin aan de beurt. De konijnen (het zijn echt geen konijntjes meer) krijgen een mooi nieuw verblijf. In het weekend komt mijn ideale schoonzoon helpen met bouwen. Maar komende dagen ga ik alvast wat voorbereidingen treffen.
Ik heb de muziek van Watership Down al in mijn hoofd.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.