Ach, die hond

Wat ze hier aan het doen zijn in huis is mij niet zo duidelijk. Alleen is het iedere dag weer anders, terwijl zij doen of er niks aan de hand is.
Ze zijn heus wel gek met mij hoor. Als hij in de tuin aan het werk is, mag ik ook meedoen. Als ik me gedraag tenminste, want het is blijkbaar niet gewenst dat ik tegen iedereen die langsloopt of rijdt begin te blaffen.  Er is één uitzondering. Als de winkelauto langs komt ronken mag ik tekeer gaan van ze. Ik heb begrepen dat ze daar een hekel aan hebben, vooral zij. Het is ook geen pretje eigenlijk, de straat staat blauw en we hoesten allemaal van de gore uitlaatgassen als die kar voorbijkomt. Tot overmaat van ramp klinkt er dan ook nog een irritant schel en lang getoeter. Alsof we niet allang geroken hebben dat hij er weer is. Maar verder mag ik niemand laten schrikken van ze.
Als het wel gebeurt, blaft zij me terug in huis. Daar luister ik dan maar wel naar. 

Ze zit ‘s avonds vaak op de bank met  een soort flos, de hele tijd met een stokje te prikken. Ik zie er de lol niet van in, als ze dat ding nou eens weggooide, kon ik die mooi weer voor haar ophalen. Maar na een paar dagen prikken had ze ineens een mini-mij gemaakt. Die mag op de kast naast de tv liggen. Hij wel. 

Als ze niet aan het prikken is, dan is ze met wat anders bezig. Ik weet niet precies wat, ze is dan aan de andere kant van de deur. Maar echt iedere avond, als ik mee naar boven ga, ben ik de kluts kwijt. Toch is het naar boven gaan nog iets gemakkelijker dan de volgende ochtend naar beneden. Want als ik dan die diepte in kijk is het zo anders dan ik gewend was!

Eerst klom ik naar boven en beneden over stukjes beige zachte vloer, die waren op bruin hout geplakt.
Ineens waren die stukjes zachte vloer weg en moest ik op het bruine hout lopen.
Dat durfde ik niet zo goed, maar uiteindelijk lukte het. Ik kreeg er wel dikke knuffels en een koekje voor, dus dat wilde ik de volgende dag nog wel een keer zo doen.
Maar dat kon al niet meer, want het bruin was weg! Waar ik moest lopen was helemaal kaal. Weer moest ik vreselijk mijn best doen, maar het lukte.
Denk maar niet dat ze me rust gunde want de volgende dag was het nog erger. Nu waren er stukken wit tussen gekomen. Kaal hout, wit, kaal hout, wit… het duizelde me, waar moest ik nou mijn poten neerzetten? Zij hebben het makkelijk, ze hebben maar twee voeten maar ik moet allevier mijn voeten gebruiken. Oké, verstand op nul en naar boven.
Maar vanmorgen…. ik keek naar beneden en kon niet zien hoe het nou zat daar in die diepte. Ik durfde echt niet en dat vertelde ik ze jammerend. Ze waren heel lief hoor en zeiden dat ik het echt wel kon. Natuurlijk wilde ik ze een plezier doen, maar het was zo moeilijk. Ik ging eerst liggen kijken, daarbovenaan. Toen voorzichtig één van mijn poten proberen neer te zetten. Dat kon. Maar toen had ik er nog drie over en mijn kont wilde ook niet mee…. gauw weer terug. Nog een poging, ik rekte me uit zover ik kon (en dat is best ver) dus mijn voorpoten waren al een paar stappen naar beneden maar mijn achterpoten durfden nog steeds niet. 


Toen gingen ze heel blij mijn naam roepen en zingen en zeggen dat ik zo’n knappe hond ben en nog meer flauwekul en ik hoorde het woord koekje een paar keer…en ik ging. Ik weet nog steeds niet hoe, maar het lukte en ik werd met gejuich opgewacht. Dat deed me wel goed natuurlijk, evenals dat koekje.
Ik zal me maar vast voorbereiden. Toen ik thuis kwam met hem na een wandeling zag ik dat nu alles wit is. Weer anders dus, voor de vijfde keer. Is het daarna dan eindelijk afgelopen?

Sorry, lieve Lenny, nee. Als de trap een tweede laag witte verf heeft gekregen komen er grijze matjes op. Maar ik beloof je dat dat ècht het laatste is. En dan hoef je de rest van je leven er niet meer over in te zitten hoe het er nu weer uit zal zien als het tijd is om naar boven of naar beneden te gaan.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.